Coronavirus: ook Spanje ziet verband met weer
De aanwijzingen dat de verspreiding van het nieuwe coronavirus, verantwoordelijk voor de Covid-19 pandemie waar we middenin zitten, tijdens de zomermaanden door het weer kan worden geremd, worden concreter. Tegelijkertijd buitelen deskundigen over elkaar heen om duidelijk te maken dat we er ook niet teveel van moeten verwachten. Andere factoren wegen veel zwaarder, zoals het feit dat nog vrijwel niemand op aarde immuun voor het virus is. Bovendien is het nieuwe coronavirus zo besmettelijk, dat het zich ook in warme landen als Iran en Australië toch met enig gemak blijkt te kunnen verspreiden.Nu de zomer op het noordelijk halfrond nadert, groeit de hoop dat stijgende temperaturen, een oplopende luchtvochtigheid en toenemende hoeveelheden ultraviolette straling van de zon gaan helpen in de strijd tegen het Coronavirus. We hebben er op deze site al vaker over geschreven. Een eerste onderzoek van de Spaanse weerdienst naar de relatie tussen het verspreidingstempo van het virus en de gemiddelde temperatuur gedurende twee weken in de gebieden waar het zich verspreidde, laten een eerder gevonden relatie opnieuw zien. Hoe kouder het in een gebied was, hoe sneller de verspreiding ging.
La Rioja het snelst
De regio La Rioja in het noorden was het gebied waar het virus zich in de onderzoeksperiode van twee weken tot 5 april het snelst verspreidde. Er kwamen per 100.000 inwoners 600 besmettingen bij. De gemiddelde temperatuur lag er iets onder 7 graden.
Hoe zuidelijker, hoe minder besmettingen
In Madrid en in het zuidelijker gelegen Castilla-La Mancha kwamen er in dezelfde periode per 100.000 inwoners ruim 400 nieuwe besmettingen bij, bij een gemiddelde temperatuur van tussen 8 en 9 graden. Extremadura en Andalusië in het zuiden, waar het gemiddeld 11 tot 12 graden stukken warmer was, zagen het aantal nieuwe patiënten per 100.000 inwoners met 100 tot 150 groeien. Op de Canarische eilanden, waar de gemiddelde temperatuur 15 tot 16 graden bedroeg, kwam de stijging van het aantal corona patiënten op ongeveer 50 uit, veel lager dus dan op het koudere vasteland.
Hoe sterk is het verband?
Dat is een duidelijk verband, zou je zo zeggen. Maar het regende in Spanje meteen ook kritiek op de uitslag van het onderzoek. Zo zou er onvoldoende rekening met andere factoren zijn gehouden die op de uitkomst van invloed kunnen zijn, zoals de bevolkingsdichtheid in de onderzochte gebieden en de frequentie en de manier waarop de inwoners van die gebieden reizen. Ook werd nog een aantal andere bezwaren genoemd. De kritiek was voor de Spaanse weerdienst reden om het onderzoek verder uit te breiden en ook te verfijnen. De nieuwe onderzoeksresultaten worden over enige tijd verwacht.
Past goed in internationale discussie
De discussie, zoals die in Spanje is ontstaan, past goed in de discussies rondom het coronavirus die we de afgelopen tijd wereldwijd in de wetenschappelijke wereld zien. Aan de ene kant is er de hoop dat het weer in de zomer op het noordelijk halfrond kan helpen om de verspreiding van het virus te vertragen, aan de andere kant horen we overal de voorzichtigheid waarmee de uitkomsten van onderzoeken hierover worden bekeken en het realisme dat het weer alleen het virus niet zal verslaan. Niet alleen zullen we de maatregelen zoals die nu gelden dan ook nog een tijdje hard nodig hebben, we moeten ook accepteren dat we pas echt stappen kunnen zetten als er een vaccin is.
Nog te veel onbekend
Het nieuwe coronavirus is en blijft een nieuw virus waarvan we nog relatief weinig weten. De kennis rondom het virus groeit weliswaar snel, maar nog veel terreinen moeten verkend worden. Waarschijnlijk weten we nog niet eens precies wat we niet weten.
Bron: El Pais.