Eerste matige vorst winterhalfjaar
Nadat het vanavond tot de eerste officiële vorst van het winterhalfjaar kwam, daalde de temperatuur in Arcen zojuist, om 23:50, tot -5,2 graden. Daarmee heeft het voor het eerst dit winterhalfjaar ergens in het land matig gevroren en dat is precies op tijd, gemiddeld is deze datum namelijk 28 november. Voor matige vorst moet het op minstens één van de KNMI-weerstations kouder dan -5 graden worden. Uiteindelijk werd het 30 november in de ochtend op weerstation Twenthe met -6,7 graden het koudst.De afgelopen winter kwam het slechts 1 keer tot matige vorst in ons land en dat was recordweinig. Alleen op 21 januari werd matige vorst genoteerd, met -5,4 graden in Maastricht. Afgelopen lente zagen we op meer plekken matige vorst. Zo daalde de temperatuur op 24 maart in Woensdrecht naar –6,1 graden en op 25 maart naar –6,2 graden. Op 30 maart noteerde Hupsel –6,6 graden. Leeuwarden mat op 31 maart een temperatuur van –5,1 en de meest recente matige vorst zagen we in Deelen, met –5,6 graden op 1 april.
Steeds minder matige vorst
Het aantal dagen met matige vorst in het winterhalfjaar loopt normaal gesproken (over de periode 1981-2010) uiteen van 3 dagen in het zuidwesten tot 18 dagen in het oosten van het land. In De Bilt komt de minimumtemperatuur gemiddeld op 12 dagen op -5,1 of lager uit.
De afgelopen jaren zien we steeds minder dagen met matige vorst. Zo kwam het in het winterhalfjaar van 2014 voor het eerst niet tot matige vorst in De Bilt, en afgelopen winterhalfjaar was dit opnieuw het geval. In het winterhalfjaar van 1963 kwam het het vaakst tot matige vorst, toen daalde de temperatuur in De Bilt maar liefst 59 dagen naar -5,1 graden of lager. Weerstation Twenthe had zelfs op 72 dagen matige vorst. En zelfs aan de Zeeuwse kust in Vlissingen kwam het 41 keer tot matige vorst.
Matige vorst precies op tijd
Normaal komt de eerste matige vorst eind november, in het huidige klimaat (1981 t/m 2010) is de gemiddelde datum 28 november. Deze gemiddelde datum schuift in het opwarmende klimaat verder naar achteren. Begin vorige eeuw vroor het gemiddeld op 13 november al matig in ons land. Maar het kan al veel eerder gebeuren. Lang geleden in 1912 kwam het op 7 oktober al tot matige vorst in het Achterhoekse Winterswijk, het werd toen -5,7 graden. In 1904 werd het op 15 oktober in Winterswijk al -6,2 graden en iets recenter in 1971 vroor het ook op 15 oktober al matig met -5,2 graden in Wageningen.
Een geheel winterseizoen zonder matige vorst in ons land is nog niet voorgekomen, maar afgelopen winter kwam dichtbij met slechts één keer matige vorst op 21 januari. Recordlang moesten we wachten in 1975 en 1983. Pas op 9 februari dook de temperatuur ergens in het land onder -5 graden.
Meer koude nachten?
Voorlopig is het weer even de laatste keer dat het zo goed afkoelt. Komende week komen we weer in iets zachtere lucht terecht en krijgen we weer met een aantal storingen te maken, waardoor het in de nachten vaker bewolkt is en minder goed af kan koelen.