Winterhonger: schaatsen in november
Veel mensen zien een echte winter dit jaar wel weer zitten, zo bleek uit een peiling op Weer.nl. Met sneeuw, een vorstperiode, schaatsen en een Elfstedentocht. Maar zo’n winter moet niet te vroeg beginnen, zo zagen we in ons vorig verhaal over de winterhonger. De vroege sneeuw in november 1980 was een opmaat naar verder niks. Hoe zit het dan met vroeg schaatsen? Het kon in november 1993 op uitgebreide schaal.Het grappige aan november 1993 was dat hogedrukgebieden er meteen al als de kippen bij waren. Vaak boven Scandinavië, het noordwesten van Rusland en Centraal-Europa. Een beetje als nu eigenlijk. Op 4 november leverde dat nog een warme dag op. Bij een zuidoostelijke wind en veel zon steeg de temperatuur tot 17 of 18 graden.
Daarna werd het een aantal dagen kouder, zonder dat het tot vorst in de nachten kwam. Rond 12 november brak even een westcirculatie door. Twee storingen passeerden waarvan de tweede tot een actief lagedrukgebied uitgroeide dat via Engeland over Nederland naar Denemarken trok en op 14 november aan zee een noordwesterstorm opleverde.
Koude periode
Aan de achterkant van dit lagedrukgebied vormde zich een hogedrukgebied dat verbinding kreeg met het hogedrukgebied boven Noordwest-Rusland. De wind zocht in Nederland de noordoosthoek op en de basis voor de erop volgende koude periode was gelegd. Meteen al kwam het in de nachten tot vaak lichte vorst, overdag was de zon eerst nog een garantie voor temperaturen van enkele graden boven het vriespunt.
Vanuit het oosten kwam een bel met veel koudere lucht over Oost-Europa dichterbij die onze omgeving in de avond en van 19 november en 20 november overdag bereikte. Op die 20ste november kwamen de temperaturen al nauwelijks meer boven het vriespunt uit, in de nacht naar 21 november vroor het op veel plaatsen matig met minimumtemperaturen tot -8 graden in het zuiden aan toe. De dag daarna bleef het vrijwel overal enkele dagen vriezen en was de sensatie van winter helemaal compleet. Dat gold zeker voor de nachten daarna, toen het op verschillende plaatsen in het land meer dan 10 graden vroor.
Natuurijs
Door de relatief koude aanloop naar de echte kou, ontstond al snel natuurijs en ook toen al brandde de strijd om de eerste natuurijsmarathon van het seizoen vroeg los. Uiteindelijk was het Veenoord die er met de prijs vandoor ging. Daar werd op 21 november de eerste marathon op natuurijs gehouden. Edward Hagen won de wedstrijd over één uur en 10 ronden. Het NK kortebaan op natuurijs, het vroegste ooit, werd vervolgens op 28 november verreden en tegen het einde van de maand waren er zelfs toertochten.
Ikzelf was die periode in Spanje voor een jaartje tussendoor. Daar was het, zoals het hoort tijdens een vorstperiode in Nederland, wisselvallig met vaak regen en ook niet zulke hoge temperaturen. Voordien had ik bij een krant gewerkt en ook toen al was het weer mijn grote hobby. Dus wist mijn voormalige werkgever me nog wel te vinden om een verhaaltje over die bijzondere vorst te schrijven, vanuit het Spanje en zonder dat ik het meemaakte. Het kreeg een mooie plaats op de pagina’s en ergens in mijn archief zit het vast nog wel.
Lange winter kwam niet
Omdat de kou de rest van de maand aanhield, begonnen de liefhebbers van een echte winter te dromen. Maar zoals zo vaak bleek het weer in de laatste herfstmaand weinig met dat in de erop volgende wintermaanden te maken te hebben. De maanden december en januari leverden nauwelijks winterweer meer op. In februari kwam het wel tot een vorstperiode, die op de meeste plaatsen zelfs nog iets meer kou met zich meebracht dan de vorstperiode van november. In totaal kwam De Bilt op 62,8 Hellmannpunten uit, Nieuw-Beerta schopte het zelfs tot 103 punten, waarvan 41 in november en 58 in februari. Het zijn overigens totalen waar we tegenwoordig jaloers op zijn en die nu bijna nooit meer gehaald worden.