Al even richting de zomer vooruitkijken

Het beeld van het weer sinds het einde van de winter tot nu toe is gemengd. Wat temperaturen betreft, zitten we tot gisteren een kleine graad onder normaal. Met het zachte weer van de komende dagen erbij, lijkt het erop dat een groot deel van dit tekort nog zal worden weggewerkt, zodat we voor maart op een ongeveer normale temperatuur zullen gaan uitkomen.

Vrij droog en licht somber

Voor wat de neerslag betreft, is er deze maand vooralsnog iets minder dan normaal gevallen. Nu is maart in de nieuwe klimaatperiode al flink droger geworden, het verschil met de oude normaal zoals die vorig jaar nog gold is dan ook duidelijk groter. Vooral in de nacht naar zaterdag en zaterdagochtend kan er in heel het land nog een aantal millimeters bijkomen. Daarna valt er niet zoveel meer, dus lijkt het erop dat maart als iets droger dan normaal de boeken in zal gaan.

Het aantal zonuren deze maand valt tot nu toe tegen. We hebben nog een behoorlijke achterstand ten opzichte van normaal. En ook al wordt daar de komende dagen nog wel aan gewerkt, het is ook hier de vraag of we het verschil uiteindelijk helemaal goedmaken.

Hogedrukgebieden dominant

Ook al is het lang niet altijd droog geweest de afgelopen weken, toch spelen hogedrukgebieden alweer een tijdje een belangrijke rol in ons weerbeeld. Vaak liggen ze op de Oceaan, af en toe komen ze ook wat dichterbij en nu en dan laten ze wat ruimte voor storingen om onze kant op te komen. Daarom regent het wel af en toe, al is er tot nu toe dus minder dan normaal gevallen.

Dat hogedrukgebied ten westen van de Britse eilanden past bij het warme zeewater dat we op dit moment op ons deel van de Oceaan aantreffen. Ook de noordelijke helft van de Grote Oceaan, aan de westkant van de VS en Canada, wordt nog steeds grotendeels door warmer dan normaal zeewater gedomineerd. Wat er ook bij hoort, is een hogedrukgebied in de buurt van Turkije in het zuidoosten van Europa. Het kan er daar voor zorgen dat regelmatig warme lucht vanuit Afrika met een zuidenwind noordwaarts doorstoot. Tegelijkertijd is het hogedrukgebied op de Oceaan ervoor verantwoordelijk dat noordwestelijke winden steeds weer koude lucht Scandinavië in voeren, koude lucht die ook af en toe onze omgeving kan bereiken.

Sterke poolwervel zwakt af

Een overblijfsel van de winter is de sterke poolwervel, die de komende weken – zoals gebruikelijk in de lente – verzwakt, maar nog niet helemaal uit beeld verdwijnt. De straalstroom, zo belangrijk voor het weer bij ons, verdwijnt daardoor voorlopig ook nog niet uit beeld, maar neemt wel een tamelijk noordelijke positie in. De bijbehorende storingen kunnen ons ook af en toe bereiken. Die noordelijke straalstroom hoort verder bij de La Niña die op de Grote Oceaan, langs de evenaar tussen Zuid-Amerika en Indonesië, nog steeds aan de gang is, maar wel langzaam afzwakt.

In april lijkt in dit beeld weinig te veranderen. Hogedrukgebieden zien we vaak ten westen en ten zuiden van ons. De temperaturen zullen afhangen van welke van de twee het sterkste is. Is dat het hogedrukgebied op de Oceaan, dan waait bij ons een wind met een noordelijke component en zijn de temperaturen relatief gematigd, pakt het zuidelijke hogedrukgebied de macht, dan wordt het een stuk warmer. De twee regimes kunnen elkaar natuurlijk ook afwisselen.

April lijkt droog te worden

Nu is april de droogste maand in Nederland en met een drukverdeling zoals die wordt verwacht, hoeven we ook dit jaar niet op veel neerslag te rekenen. De kans met al die hogedrukgebieden dichtbij is groot dat het – net als de meeste voorgaande jaren – een droge maand wordt.

Voor mei wordt nog een wat verder toenemende invloed van de hogedrukgebieden voorzien. Ze zouden zelfs langere tijd mede boven Nederland terecht kunnen komen. Gebeurt dit straks echt, dan lijkt mei opnieuw tot een zonnige, droge en ook een warme lentemaand te kunnen uitgroeien. Dat beeld zou dan meteen het beeld van de lente als geheel kunnen worden.

Zomerstart nog onzeker

Voor de start van de zomer moeten we naar enkele andere invloeden kijken. Zo is het interessant om te zien wat er met La Niña gebeurt. Volgens de meeste berekeningen van nu zou ze in een neutrale fase moeten overgaan, alvorens tijdens het najaar opnieuw terug te keren. Helemaal zeker is dit niet. Het kan zelfs o zijn dat er een El Niño uit de bus komt, al is die kans maar 20 procent. In dat geval zou de hogedruk naar het noorden schuiven en wordt ook juni bij ons waarschijnlijk een droge en warme maand, met winden die vaak uit richtingen tussen noord en oost waaien.

Blijft het bij een La Niña dan ziet het noorden van Europa er wisselvalliger en koeler uit en komt de hogedruk bij ons meer op de positie van april terecht. Storingen aan de noordzijde van de hogedruk kunnen onze omgeving in dat geval wel af en toe bereiken en de temperaturen hangen van de details af. Wordt het de verwachte neutrale fase, dan is het weer bij de zomerstart onzekerder. Een andere factor die hierin een rol speelt, is de verwachte vroege start van het Atlantische orkaanseizoen. Ex-orkanen maken lange-termijnverwachtingen nu eenmaal een stuk onzekerder.

Warme, zonnige en droge lente. En dan?

Al met al lijken we voor een droge, later ook zonnige en uiteindelijk warme lente nog steeds redelijk goed op weg. Zoals het nu lijkt, zou vooral mei weleens een heel mooie maand kunnen worden. Wel ligt opnieuw droogte op de loer. Voor de zomerstart zijn er nog enkele onzekerheden, in de vorm van hoe La Niña zich ontwikkelt en wanneer precies de eerste orkanen verschijnen.