Eerste lokale zomerse dag bijna recordvroeg
In Eindhoven kwam de temperatuur om 14:40 uur op 25,1 graden uit en daarmee is sprake van de eerste lokale zomerse dag van 2021. Daarvoor moet het op één van de officiële meetpunten in ons land 25,0 graden of warmer worden. Uiteindelijk werd het 25,2 graden in Ell, 25,3 graden in Eindhoven en 26,1 graden in Arcen, een record voor maart. De eerste lokale zomerse dag valt bijna recordvroeg, alleen op 29 maart 1968 werd het nóg vroeger zomers met 25,6 graden in Venlo en Gemert. De vorige keer dat het in ons land 25 graden werd was op 22 september 2020.Alleen in 1968 kwam de temperatuur eerder in het voorjaar boven 25 graden uit. Op 29 maart van dat jaar werd het op 4 officiële weerstations zomers warm. In Volkel en Soesterberg was het 25,4 graden en in Gemert en Venlo wezen de thermometers 25,6 graden aan.
Gemiddeld, over de huidige klimaatperiode 1991 tot en met 2020, wordt de eerste 25 graden op één van de officiële weerstations pas op 1 mei gemeten. We zijn dus dit jaar ruim een maand te vroeg! Tegenwoordig meten we de eerste warme dagen eerder dan vroeger. Dertig jaar geleden was deze gemiddelde datum nog 17 mei.
189 dagen geen zomerse warmte
De vorige zomerse dag viel alweer een flinke tijd geleden op 22 september 2020. Een periode van 189 dagen zonder zomerse warmte komt daarmee ten einde. Door deze bijzonder vroege zomerse dag is de winterperiode zonder zomerse warmte relatief kort verlopen. Een record is het niet, in 2018 was de periode zonder zomerse dagen slechts 183 dagen.
Meestal wordt de eerste zomerse dag in mei gemeten, maar tegenwoordig steeds vaker in april. Vorig jaar viel de eerste zomerse dag ook al opvallend vroeg op 8 april en dit was tevens de warmste 8 april ooit gemeten. Eindhoven noteerde 25,5 graden. In 2011 waren we er ook vroeg bij met op 2 april de eerste zomerse dag. Het werd toen precies 25,0 graden in Eindhoven. Dit was tot dit jaar lange tijd de op één na vroegste zomerse dag.
In 1984 pas op 19 juni zomers warm
Het langst moest worden gewacht op een lokale zomerse dag in 1984. Pas op 19 juni kwam het kwik voor het eerst ergens in ons land boven 25 graden uit. Zoiets is in het huidige klimaat niet meer voor te stellen en ook niet meer mogelijk.
In het verleden is het zelfs een paar keer voorgekomen dat de 25 graden op enkele weerstations überhaupt niet werd gehaald. In Den Helder lukte dat in 1910, 1916, 1940 en 1956 niet. In dat laatste jaar werd het niet warmer dan 24,4 graden. In Vlissingen werd in 1907 en 1965 de zomerse grens niet gehaald. In 1965 was de hoogste gemeten temperatuur op deze badplaats slechts 24,1 graden. Niet bepaald strandweer dus.
In het huidige klimaat telt het jaar 9 zomerse dagen op de Wadden, 28 zomerse dagen in De Bilt en 42 zomerse dagen in het Noord-Limburgse Arcen. Liefhebbers van zomerse warmte zitten in het zuidoosten en oosten duidelijk beter dan in de kustprovincies.
De 'eindeloze zomer' van 2018 telt recordveel zomerse dagen. Weerstation Arcen noteerde er maar liefst 89! Op een tweede plaats staat de topzomer van 1947. De weerstations Winterswijk en Venlo hadden toen 72 zomerse dagen.