Eerste officiële lentestorm van 2021 een feit
Het heeft even geduurd, maar de eerste officiële storm van 2021 is een feit. Tussen 09 en 10 uur werd in Vlissingen een uur lang windkracht 9 gemeten. Uiteindelijk kwam het ook bij de windmeters van Cadzand, de Oosterscheldekering, de Houtribdijk, IJmuiden en Vlieland tot een uurvak met storm. De zwaarste windstoot van 124 km/u werd op de Houtribdijk gemeten. Vlissingen noteerde een schuiver van 120 km/u en Rotterdam kwam op 114 km/u uit. De laatste storm (Bella) dateert van 27 december 2020 en was tevens de 10e officiële stormdag in 2020. Deze storm heeft geen naam gekregen, omdat het KNMI geen code oranje heeft uitgegeven.Komende uren blijft het in de kustgebieden stormachtig en op meerdere plaatsen kan het even tot storm komen. Op enkele plekken is zelfs kortstondig windkracht 10 mogelijk. Daarbij komen zeer zware windstoten voor van ruim 100 tot 120 km/u. Ook in het binnenland waait het flink met een krachtige tot harde wind (6 à 7 beaufort) en windstoten tot circa 90 km/uur. Daarbij komen vooral in het noorden enkele buien voor, maar verder is er ook ruimte voor flink wat zon. De reguliere wind neemt vanaf vanmiddag in kracht af, maar zeker vanavond, wanneer pittige buien met onweer en hagel over het land trekken, kunnen forse windstoten voorkomen.
Nog niet eerder een officiële storm dit jaar
In januari was het op de 21e zeer onstuimig in ons land. Een stormdepressie, door de Britten genaamd Christoph, trok over ons land en veroorzaakte aan zee zeer zware windstoten. In IJmuiden werd een windstoot gemeten van 127 km/u. Tot een officiële storm kwam het nét niet, het waren vooral de windstoten die schade veroorzaakten.
Verder hadden we op 6 februari in de late avond een officiële sneeuwstorm in ons land, genaamd Darcy. Eerst werd op de Houtribdijk een sneeuwstorm gemeten en zondag 7 februari ook op de weerstations Vlieland, Terschelling, Schiermonnikoog en het Groningse Lauwersoog. Voor een sneeuwstorm is een windkracht 8 voldoende (in combinatie met sneeuw of driftsneeuw), terwijl voor een gewone storm een uurvak windkracht 9 nodig is.
Meeste stormen in de winter
De meeste stormen komen niet in de herfst, maar in de winter voor. Van de 66 zware stormen sinds 1910, waarbij minstens windkracht 10 werd gemeten, kwamen er 32 voor in de wintermaanden december, januari en februari. Januari is met 15 zware stormen de meest onstuimige maand van het jaar en ook de landelijk gemiddelde windsnelheid van 20,5 km/u is dan het hoogst. De herfstmaanden september tot en met november tellen slechts 21 stormen.
Juist in de wintermaanden stormt het relatief vaak door het grote verschil in temperatuur tussen de Noordpool (die dan op zijn koudst is) en de Evenaar. Hoe groter het temperatuurverschil tussen de poolgebieden en de tropen, hoe actiever de straalstroom is. De straalstroom is een actieve wind op circa 10 km hoogte en waait van west naar oost over onze omgeving. Boven de Atlantische oceaan kunnen nabij de straalstroom actieve stormdepressies ontstaan en met grote snelheid richting ons land worden gedreven.
In het zomerhalfjaar is de Noordpool relatief warm en is het verschil met de (sub)tropen een stuk kleiner. De straalstroom zwakt daardoor af en gaat zwabberen, waardoor stormdepressies weinig kans maken. De lente telt 10 zware stormen en de zomer slechts 3. Augustus is de rustigste maand van het jaar met landelijk een gemiddelde windsnelheid van 14,4 km/u. Toch kwam het in 1912 en 1914 wel tot een zware zomerstorm in augustus. Juni is de enige maand waarin nog nooit een uurvak windkracht 10 is gemeten.
Zeer zware windstoten bijzonder?
Zware windstoten van minstens 75 km/u komen jaarlijks zo’n 4 keer voor op beschuttere plaatsen in het oosten en zuiden, tot ruim 30 keer langs de Zeeuwse kust, de hele westkust en op Vlieland en Texel. Voor de maartmaand is dit ééns in de twee jaar op beschuttere plekken in het oosten en zuiden van het land tot 3 à 4 keer in de westelijke kustgebieden.
De zeer zware windstoten van 100 km/u of meer die zijn gemeten vandaag zijn wel bijzonder. In het binnenland komen ze zelden voor, gemiddeld maar één keer in 2 tot 5 jaar. In de kustprovincies komt het jaarlijks gemiddeld één keer tot zeer zware windstoten en pal aan zee gebeurt het 2 tot 4 keer per jaar.
