Geen lage minima bij experiment Posbank
Tijdens de regionale koudegolf eerder deze maand heeft Weer.nl in samenwerking met de VWK een mobiel weerstation geplaatst op de Posbank, nabij Rheden. De bedoeling was om hele lage temperaturen te meten, die misschien wel lager zouden uitvallen dan de koudste officiële weerstations. Er werd een ‘perfecte’ plek uitgekozen in een dalletje boven een pak sneeuw van 20 centimeter. Hoe koud is het geworden?Onder heldere omstandigheden kan het boven een dik pak sneeuw zeer sterk afkoelen. Sneeuw zorgt ervoor dat bodemwarmte opgesloten blijft onder het sneeuwdek, waardoor de lucht sneller en verder kan afkoelen. Maar, dan moet de wind wel gaan liggen. Anders wordt lucht van hogerop gemengd en stopt de afkoeling of warmt het zelfs op. Daarom is een dalletje de perfecte plek voor kouderecords, omdat wind daar sneller wegvalt. Ligt er geen sneeuw, dan zijn beschutte zandgronden de koudste plekken.
Hooggespannen verwachtingen
In Egmond aan Zee werd op eenzelfde soort mobiel weerstation in de duinen op 11 februari een minimumtemperatuur van -20,5 graden gemeten. Zouden we deze temperaturen op de Posbank ook hebben gemeten? Tijdens de koudegolf wisten we dat nog niet, want het weerstation stond niet online in verbinding met het internet. Het weerstation sloeg de data op door middel van een data logger.
Wel konden we kijken naar relatief koude weerstations in de omgeving. Terwijl het KNMI station Deelen niet verder kwam dan -13,6 graden, werd het op de niet-officiële weerstations in Eerbeek en Vaassen op 13 februari respectievelijk -16,0 en -16,9 graden. Vlak boven het sneeuwdek noteerde Vaassen -20,4 graden en Eerbeek -20,9 graden. Zou de Posbank nog lager hebben gezeten?
Valt dat even tegen!
Afgelopen week zijn we teruggekeerd naar de bijzondere locatie om het weerstation op te ruimen (het was maar een paar dagen toegestaan van Natuurmonumenten). Eenmaal thuis werden de gegevens uitgelezen en dat viel stiekem toch een beetje tegen. De minima waren van 10 tot en met 14 februari respectievelijk -11,9°C, -11,3°C, -12,7°C, -10,0°C en -11,6°C. Vlak boven de grond daalde de temperatuur tot -15,6 graden. De maxima lagen tussen -0,2 en -2,2°C. Zeer opmerkelijk is dat de koude zaterdagnacht, waarbij het op andere plekken dus 16 à 17 graden vroor, op de Posbank niet kouder werd dan -10 graden.
Wind is de boosdoener
Dat kan maar één ding betekenen, het is tóch blijven waaien. Eigenlijk was dit de gehele regionale koudegolf het ‘probleem’. Want in potentie had het landelijk een veel extremere koudegolf kunnen worden. Eerst voorkwamen hardnekkige wolkenvelden, ontstaan boven de Oostzee, de snelle afkoeling in ons land. Later in de koude periode was het eindelijk helder, maar temperde de doorstaande oostenwind de afkoeling. Daardoor kwam het kwik bij de officiële weerstations van het KNMI nergens lager dan -16,2 graden uit. Alleen beschutte plaatsen in een natuurlijke omgeving kwamen lager uit, zoals Eerbeek en Vaassen. Onze locatie op de Posbank bleek niet beschut genoeg te zijn. Het weerstation stond dan wel in een dalletje, maar wel in een ‘zijdal’. Dat zijdal loopt (oost-west) loodrecht op het groter dal, wat van noord naar zuid loopt. De verwachting was dat de naar (noord)oost draaiende wind in de nachten zou wegvallen, maar dat is juist in de potentieel koudste nacht niet gebeurd en ook niet in de andere nachten. De luchtlagen bleven daardoor mengen, waardoor de zeer koude lucht niet goed kon afzakken in ons dal. Vermoedelijk is het op andere plekken flink kouder geweest.
We geven niet op
Mocht er in de toekomst weer een pak sneeuw vallen en volgt een heldere rustige nacht, dan is dit experiment zeker voor herhaling vatbaar. We gaan kijken of we in het grotere dal lagere minima kunnen meten, maar ook dan speelt windkracht en -richting weer een grote rol. Daarom is het plan om dan ook een windmeter te installeren.