Het ruitenkrabseizoen breekt aan
Winter: niet iedereen kijkt er naar uit. Sneeuw en ijs is geweldig, vooral met een zonnetje erbij, maar vaak is het donker en koud. En dan heb je ook nog allerlei extra ‘gedoe’ in de winter. Bovenaan de gedoe-ranglijst: autoruiten krabben.IJs op de ruiten: het is in sommige regio’s al een keer voorgekomen dit najaar, maar nog lang niet overal. Toch beginnen we het ruitenkrabseizoen langzaam maar zeker te naderen. Komende week kunnen veel van ons weer aan de bak. Toch is het lang niet altijd zo dat je auto onder het ijs zit als het vriest. En soms moet je juist wel krabben als het helemaal niet heeft gevroren. Hoe zit dat?
Via de grond
Laten we beginnen bij het begin: waarom koelt het 's nachts eigenlijk af? Dat zit zo: overdag verwarmt de zon het aardoppervlak. Die verwarmt vervolgens weer de onderste laag van de atmosfeer. Zo loopt de temperatuur geleidelijk op. In de avond en nacht gebeurt het tegenovergestelde: de bodem straalt warmte uit, waardoor het aardoppervlak afkoelt. Vervolgens koelt het aardoppervlak de onderste laag van de atmosfeer weer af. De temperatuur aan het aardoppervlak is 's nachts daarom over het algemeen lager dan op de officiële meethoogte van 1,5 meter.
Koude auto
De bodem heeft bovendien een aardig warmtereservoir. Daardoor kan het even duren voordat het aardoppervlak, laat staan de onderste luchtlaag van de atmosfeer, afkoelt. Anders is dat bij een auto. Onder het oppervlakte van de auto zit niet zo'n warmtereservoir. Dat oppervlak koelt dus razendsnel af zodra het warmte kan uitstralen en het oppervlak van de auto kan dus zelfs afkoelen tot een lagere temperatuur dan dat van de omringende luchtmassa. Hierdoor kan de autoruit een temperatuur onder het vriespunt hebben, terwijl een weerstation vlakbij een positieve temperatuur meet.
Druppeltjes
Maar dan is de vraag: waar komt dat ijs vandaan? Voor ijs is vocht nodig. En het kan goed zijn dat voordat je ging slapen, de auto(ruit) nog droog was. Dat vocht komt uit de lucht. Koude lucht kan minder vocht bevatten dan warme lucht. Omdat het oppervlak van de auto rap afkoelt, kan de temperatuur van de auto de dauwpunttemperatuur bereiken. Dat is de temperatuur waarbij de lucht verzadigd is van vocht (oftewel, de luchtvochtigheid is 100%). Als gevolg daarvan condenseert de waterdamp in de lucht, en vormen zich waterdruppeltjes op het koude oppervlak (in dit geval van de auto, maar denk bijvoorbeeld ook aan dauw op het gras op een koude ochtend). Als de temperatuur onder het vriespunt daalt, bevriest dat vocht: dan vormt zich een ijslaag. Rijp op het gras, en ijs op de voorruit: krabben dus!
Wind en wolken
Er zijn natuurlijk allerlei zaken die dit proces kunnen beïnvloeden. Het is ook niet per definitie zo dat hoe harder het vriest, hoe dikker de laag ijs op je ruiten. Bewolking zorgt er bijvoorbeeld voor dat warmte niet goed weg kan. Onder een heldere hemel kan het veel beter afkoelen dan onder een dik wolkendek. Wind zorgt er ook voor dat het minder hard afkoelt, omdat verschillende luchtlagen dan gemengd raken.
Verder moet er natuurlijk genoeg vocht aanwezig zijn. Er bestaat ook hele ‘droge vorst’. Dan kan het misschien best 15 graden onder nul worden, maar als er geen vocht aanwezig is, lijven je autoruiten brandschoon. Daarnaast is het ook nog van belang waar je auto staat. Dicht bij een gebouw zal hij minder gauw afkoelen. Sta je naast een sloot, dan is er in potentie meer vocht aanwezig die aan jouw ruiten kan gaan kleven. Ook geldt: hoe horizontaler de ruit, hoe makkelijker er ijs op ontstaat. De voorruit zal dus meestal het ergst beijsd zijn.
Dinsdag krabdag?
Vooral komende dinsdagochtend zijn de krabkansen vrij groot, wanneer het in een groot deel van het land licht gaat vriezen. De nachten daaromheen zal het op veel kleinere schaal tot een ijslaagje komen. Mocht je dinsdagochtend de deur uit moeten, kun je dus vast even oefenen voor de winter die eraan komt.