Foto gemaakt door Joost Mooij - Amsterdam
Foto gemaakt door Joost MooijAmsterdam
Nu

Wanneer welke mistlampen

De komende nachten en ochtenden hebben we regionaal met mist of mogelijk (zeer) dichte mist te maken. Wanneer mag je welke mistlampen in het verkeer gebruiken? In deze tijd van het jaar hebben we regelmatig met mist te maken. De ene keer redelijk dun en met de bovenlucht nog zichtbaar, de andere keer kun je amper 50 meter ver kijken. In combinatie met het opkomen van de zon is het een prachtig fenomeen om te zien, maar het levert soms ook problemen op. Het zicht loopt bij mist of dichte mist soms zover terug, dat het zeer hinderlijk en verkeersbelemmerend kan zijn.

Hoewel het aantal dagen met mist of nevel de afgelopen decennia door de steeds schonere lucht en de toename van westenwinden flink is afgenomen, komt het vooral in de herfst en winter nog steeds wel geregeld voor. Soms worden mistvelden aangevoerd vanaf de Noordzee of vanuit Duitsland, dat noemen we advectieve mist, maar vaker ontstaat de mist tijdens rustige en vrij heldere nachten. De zogeheten stralingsmist. De aardbodem verliest tijdens heldere nachten of in (brede) opklaringen en bij weinig wind zijn warmte door uitstraling. Eerst koelt de grond hierdoor natuurlijk af en vervolgens ook de luchtlaag erboven. Omdat warme lucht meer vocht kan bevatten dan koude lucht, raakt de lucht verzadigd met vocht en vormt zich als het ware een wolk aan de grond, ofwel mist.

Van onderaf

Net zoals de mist dus eigenlijk vanaf de grond ontstaat, lost het ook weer vanaf de onderkant op. De zonnestralen, zichtbaar of niet, moeten eerst door de (dikke) mistlaag heen branden om vervolgens de grond weer iets op te warmen. Met het opwarmen van de grond warmt heel geleidelijk ook weer de luchtlaag erboven op, waarna de mist van onderaf langzaam zal oplossen en dus verdwijnen. Als je in de auto zit, kun je dit soms mooi zien. Je rijdt dan onder de (optrekkende) mistlaag door.

Dichte of zeer dichte mist

We spreken officieel van mist als je minder dan een kilometer ver kunt kijken. Loopt het zicht terug tot minder dan 200 meter, hebben we het over dichte mist, en bij minder dan 50 meter zicht is sprake van zeer dichte mist. Vooral bij grootschalige mist en regionale dichte mist wordt door het KNMI vaak code geel afgegeven. Dit gebeurt in verband met de vaak verkeersbelemmerende omstandigheden.

Mist in het verkeer

Mist is het verkeer is hinderlijk en gevaarlijk. Van het ene op het andere moment kun je een mistveld of mistbank inrijden en neemt het zicht meteen enorm af. Veel automobilisten trappen in dit soort situaties snel op de rem en passen zoals het hoort hun snelheid aan. Dit plotselinge afremmen kan echter ook gevaarlijk zijn, want de auto achter je heeft het misschien nog niet zo snel in de gaten.

Mistverlichting

Zodra je een mistveld of mistbank inrijdt, is het dan ook belangrijk om te kijken of je mistverlichting mag inschakelen. Maar hoe kun je dit zo snel bepalen? Simpel, je kijkt naar de hectometerpaaltjes die in het hele land langs de wegen staan. Kijk je vooruit en zie je er nog minstens twee? Dan hoeven de mistlampen nog niet aan. Zie je er nog maar eentje? Dan is je zicht dus minder dan 200 meter (dichte mist) en mag je het mistlicht aan de voorkant van je auto aanzetten. Is geen enkel hectometerpaaltje voor je meer zichtbaar? Dan is het zicht in ieder geval minder dan 100 meter. Als je echt geen hand meer voor ogen ziet, mag je de mistverlichting aan de achterkant van je auto gebruiken, officieel bij minder dan 50 meter zicht, ofwel zeer dichte mist. Stapvoets rijden is dan ook het advies.

Britta van GendtMeteoroloog