Een paar aarzelende sneeuwsignalen in de weerkaarten

We zeggen het er maar meteen bij: op deze termijn is de onzekerheid heel groot. We hebben de laatste tijd al vaker gezien dat sprankjes hoop op de wat langere termijn steeds meer werden weggepoetst, naarmate ze dichterbij kwamen. En ook nu is het bepaald nog geen snowmageddon waar we op afstevenen, maar elke sneeuwvlok is er één, als je het aan de winterfans vraagt.

Deze hele week komt het er nog niet van. We stomen vrolijk door met het wisselvallige weer. Bij tijden is het hartstikke nat, winderig, en: ook komende week zitten er weer heel aardige, zonnige dagdelen bij. De woensdag lijkt bijvoorbeeld aardig wat zon te gaan brengen. De temperaturen gaan, na een bescheiden dipje vandaag, morgen al weer terug naar een gestaag niveau van een graadje of 10.

Zwalken

Toch lijkt er eindelijk een kleine beetje verandering in het vat te zitten. De straalstroom, die al een hele tijd bijna pal boven ons hoofd alsmaar doordendert, lijkt op termijn wat meer aan het zwalken te gaan. Zo komt er ook weer eens wat ruimte voor koudere lucht om binnen te dringen, en kan de wind ook af en toe weer eens een andere hoek opzoeken dan die eindeloze zuidelijke tot zuidwestelijke aanvoerrichting. Vanaf komend weekend lijken de kansen op wat koudere lucht toe te nemen.

Glijbaan

In de laatste weerkaarten is een voorzichtige trend te bespeuren waarbij het langzaam wat kouder wordt. Laten we zeggen: iets minder zacht, want echte vrieskou hoeven we voorlopig niet te verwachten. Het ziet er wel naar uit dat de temperaturen volgende week weer eens rond de norm uit gaat komen. Dat betekent een graad of 5 a 6 overdag, en iets boven het vriespunt in de nachten. Een flinke bel met koude lucht zakt af naar onze omgeving, en de wind gaat (tijdelijk) uit het noordwesten waaien. Dan kan er even een mooie ‘glijbaan’ ontstaan vanuit het koude noorden, waarbij buien ongestoord over de Noordzee onze kant op kunnen komen. En omdat we dan in die koude lucht zitten, kunnen dat winterse buien zijn.

Vervolgens is het nogal een kwestie van timing. Over het algemeen zijn de temperaturen nog te hoog voor sneeuwvlokken om het te overleven tot aan de grond. Maar als een bui wat steviger is, kan er wat kou mee naar beneden komen en dan kan ook een flinke regenbui overgaan in sneeuw. Een bui die in de nachtperiode valt heeft sowieso al meer kans om te overleven.

Van blauw naar paars

Het zou dus goed kunnen dat het bij een paar zogenoemde ‘natte flatsen’ blijft. Een actievere storing, iets later volgende week, is misschien nog interessanter. Een flinke neerslagzone markeert dan weer de overgang naar zachtere lucht – dat is juist vaak het moment waarop bij ons sneeuwval mogelijk is. En jawel; naarmate die storing het land in trekt, zien we de neerslag voorzichtig paars kleuren in plaats van blauw. Sneeuw. Maar, zelfs terwijl we dit schrijven, zien we die grens alweer opschuiven naar precies buiten onze landsgrenzen. Het zou er zomaar weer op kunnen uitdraaien dat het weer niet lukt. Al doet Zuid-Limburg in de laatste versie nog wel goed mee.

Je leest het al; het is dus bepaald nog niet de Grote Winterinval waar menigeen op zit te hopen. Daar zijn meer, of andere, ingrediënten voor nodig; een oostenwind zou daarvoor bijvoorbeeld een stuk gunstiger zijn. En ook dit kan allemaal nog heel anders lopen. Toch is het al weer even geleden dat er überhaupt iets veranderde in die eindeloze zachte zuidweststroming. De nog langere termijn bracht ook al iets van hoop. En zo zitten we intussen weer in zo’n winter waarin elke potentiële sneeuwvlok al nieuwswaardig is.