Maart 2023 was vrij zacht, somber en kletsnat
Maart 2023 was een vrij zachte, maar ook sombere en uiterst natte eerste lentemaand. Vooral de eerste helft van de maand verliep koud, met op 8 en 10 maart op veel plaatsen sneeuw. Vanaf de 12e was het een stuk zachter, maar ook bijzonder nat. En op 13 maart werd dan toch de eerste storm in lange tijd aangetekend. Met in De Bilt gemiddeld 7,0 graden was het een halve graad zachter dan normaal. Met landelijk 117 zonuren tegen 146 normaal was het sinds 2001 niet zo somber. Er viel gemiddeld over het land 98 millimeter tegen 56 normaal en daarmee was het de op 5 na natste maart sinds 1901. Bovenaan staat 1981 met 126 mm.Maart was een halve graad te zacht en dat kwam vooral door de nachten, die waren 1 graad te zacht. Overdag was het gemiddeld ruim 10 graden en dat is normaal voor maart.
Het vroor in De Bilt in 6 nachten (8 normaal), met als laagste temperatuur -5,8 graden, meteen in de ochtend van de 1ste maart. Eelde haalde 14 vorstdagen en 2 dagen met matige vorst. De laagste temperatuur werd in de ochtend van 1 maart in Twenthe gemeten. De temperatuur daalde er tot een laagste waarde van -7,6 graden. In de duinpannen kwam het die ochtend op de koudste plek zelfs tot strenge vorst, met -11,8 graden. Dit is echter geen officiële waarneming.
Vaak op de grens
Opvallend in maart was het feit dat we vaak op de grens lagen van koude lucht in het noorden en warmere in het zuiden. Om de haverklap wisselden beide luchtsoort stuivertje in onze omgeving. Oorzaak van deze tegenstellingen waren de twee SSW’s, de plotselinge opwarmingen van de stratosfeer, die zich halverwege februari en begin maart boven het poolgebied hadden voorgedaan. Het gevolg ervan was dat grote delen van Scandinavië een koude maart beleefden met veel sneeuw en vorst. Omdat die koude lucht steeds dichtbij was, konden lagedrukgebieden Nederland met hun wolken en regen makkelijk bereiken.
De maand begon mooi, met veel zon, maar ook koude nachten. In het noorden dreven af en toe van de Oostzee afkomstige wolkenvelden over, die het daar in combinatie met de sterke noordoostenwind ook overdag voor het gevoel behoorlijk koud maakten. Later draaide de wind wat meer naar richtingen tussen noord en west. Het bleef aan de koude kant, maar er dreven vaker wolkengebieden over die af en toe ook wat regen en soms een vlok natte sneeuw meebrachten. In de nachten kwam het lokaal tot lichte vorst.
Vanaf dinsdag 7 maart kwamen we langere tijd in de buurt van de overgangszone tussen de koude lucht in onze omgeving, en zachtere in het zuiden te liggen. Steeds weer trokken storingen hier doorheen naar het oosten. Ze brachten bij ons om de haverklap neerslag en in de periode van 7 tot en met 11 maart viel die geregeld ook in de vorm van sneeuw. Op 7 maart had vooral de zuidelijke helft met regen en sneeuw te maken. Verder naar het noorden trokken winterse buien over. Hier en daar werd het al kortdurend wit. In Zeeland viel zo’n 25 mm.
Echt wit
Een dag later werd het in het zuiden echt wit. Op veel plaatsen kwam in de ochtend tijdelijk een laagje van tussen 2 en 5 centimeter te liggen. In de Limburgse heuvels groeide de sneeuwlaag tijdelijk tot 12 centimeter aan in Vaals en 15 cm op het Drielandenpunt. In Woensdrecht werd het niet warmer dan 1,5 graden. In de nacht en ook op de 9e overdag trokken nieuwe gebieden met regen- en natte sneeuw over het land. Vooral in het midden en noorden kregen er nu mee te maken, in het zuiden drong de zachte lucht tijdelijk binnen. Maastricht tekende op 9 maart een hoogste temperatuur van 12,1 graden aan, terwijl het in De Bilt 2,5 graden werd. Op 8 en 9 maart samen viel in Zuid-Limburg 40-50 mm.
In de nacht naar de 10e sneeuwde het in het noorden en werd het daar op diverse plaatsen wit. Overdag trok een lagedrukgebied over het zuiden oostwaarts. Erachter drong de kou op en beleefden we in Nederland een klassieke winterinval, met regen die in sneeuw overging, een tijdje veel wind en in het midden en noorden een witte wereld. Opnieuw viel 2 tot 6 centimeter, in het noorden lag tussen 5 en 10 centimeter. In Eelde werd het niet warmer dan 1,0 graden. In de Achterhoek viel bijna 40 mm.
Een koude nacht en een prachtige winterochtend volgden. Veel mensen trokken er in de sneeuwgebieden op uit om van de winterpracht te genieten. Later zorgde de fel schijnende ervoor dat de sneeuw snel wegsmolt. Het werd alweer 6 tot 8 graden. Op de 12e won de zachte lucht het pleit. In de ochtend viel nog wel wat natte sneeuw, maar later op de dag stegen de temperaturen overal tot waarden tussen 9 en 13 graden.
De eerste storm
Op 13 maart werd het in Volkel zelfs 18,2 graden. De zon kwam er mooi door, maar het waaide fors. Op Vlieland, de Houtribdijk en bij IJmuiden kwam het tot een uurgemiddelde van windkracht 9. Het was de eerste officiële storm van dit jaar. Berkhout noteerde met 108 kilometer per uur de zwaarste windstoot, maar ook op andere plaatsen in het westen en noorden kwam het tot windvlagen boven 100 kilometer per uur.
Na de passage van een koufront werd het op de 14e weer even wat rustiger, maar ook een stuk kouder. In de nacht en in de vroege ochtend van de 15e (de dag waarop de verkiezingen voor de provinciale staten en waterschappen werden gehouden) trokken winterse buien over het land die het toch weer hier en daar wit maakten. Op de Vaalserberg kwam een laagje van 5 centimeter te liggen. In de nacht naar 16 maart waren boven Friesland in een laag met altostratusbewolking de zeldzame lichtzuilen te zien, doordat het licht van lichtbronnen op aarde brak in ijskristallen, die op een hoogte van tussen 2 en 3 kilometer in de atmosfeer hingen. Het was een voor Nederland zeldzaam fenomeen.
Het werd opnieuw zacht. Op vrijdag 17 maart werd met 18,7 graden in het Limburgse Ell de hoogste temperatuur van het jaar tot nu toe aangetekend. Ook de dagen erna bleef het zacht. In De Bilt was de minimumtemperatuur op 22, 23 en 24 maart nog nooit eerder zo hoog als dit jaar, met respectievelijk 9,2 graden, 10,5 graden en 9,7 graden. De oude records stamden uit 2005, 1903, en 1945. Ook op 18 maart werd voor de minimumtemperatuur een warmterecord verbroken. Het aantal officiële warmterecords dit jaar is daarmee al tot 8 opgelopen. Kouderecords waren er in 2023 tot nu toe nog niet.
Sterk wisselvallig
Behalve zacht was het ook wisselvallig. Bijna iedere dag regende het wel ergens of trok een bui over. Soms liepen de neerslaghoeveelheden flink op. Ook de laatste week van maart werd wisselvallig ingezet en op 27 maart kwamen ook weer winterse buien voor. Een dag eerder regende het lange tijd in de zuidelijke helft van het land. Soms waaide het flink. De temperaturen gingen weer omlaag en bleven enkele dagen beneden 10 graden. De laatste dag van de maand viel compleet in het water door een lagedrukgebied dat pal over ons land trok.
Door alle regen is maart tot een kletsnatte maand uitgegroeid. Gemiddeld over het land viel 98 millimeter, tegen 56 mm normaal. Maart was daarmee de op 5 na natste eerste lentemaand ooit gemeten. Deze eeuw viel in 2019 iets meer met 101 mm tegen 118 mm in 2008. De natste maart vond plaats in 1981, met 126 mm.
De regen was over het algemeen redelijk uniform over het land verdeeld. De meeste regen viel in het Brabantse Eersel met 139 mm. Schiermonnikoog was de droogste plek met 62 mm. Op 9 dagen viel ergens in het land sneeuw tegen 7 dagen normaal. Op 8 dagen bleef de sneeuw ook liggen en dat was 2x zo vaak als gemiddeld. In 2018 viel voor het laatst vaker sneeuw, namelijk op 10 dagen en in 2013 was dit op 18 dagen het geval.
Weinig mooi-weerdagen
Verder scheen de zon gemiddeld over het land met 117 uur duidelijk minder dan normaal. Maastricht kwam op slechts 97 zonuren uit, Den Helder op 133. Deze eeuw was het in 2000 en 2001 voor het laatst somberder, met gemiddeld over het land respectievelijk 88 en 76 zonuren.
Door het gebrek aan zon en de wisselvalligheid kwam het aantal mooi-weerdagen uit op 1 tegen 5 normaal. Op zo’n dag is het droog, schijnt de zon meer dan de helft van de tijd en ligt de temperatuur boven normaal. We moeten terug naar 2001 voor een slechtere score. Vorig jaar was maart recordzonnig en -droog. De maand telde toen maar liefst 16 mooi-weerdagen.