Nu

Cycloon, orkaan of tyfoon?

Vrijdagochtend verscheen er bericht over een mogelijke “twin cyclone” bij Australië. Het zijn twee tropische lagedruk systemen die kans maakten om zich te ontwikkelen tot een cycloon. Eén van de stormen ligt op dit moment ten noorden van Western Australia, maar de verwachting is dat deze in de komende dagen richting de Indische Oceaan beweegt. De andere storm ontwikkelde zaterdag tot een cycloon en heeft de naam Megan gekregen. Vanavond zal cycloon Megan aan land komen aan de zuidwestelijke kust van de Golf van Carpentaria. Het zorgt voor zware weersomstandigheden en een klein vissersdorp werd geëvacueerd. Storm Megan is de vierde tropische cycloon van dit seizoen bij het Australische gebied. Bij deze tropische lagedruk systemen spreken we over een cycloon, maar niet overal wordt het zo genoemd.

Naamgeving

Tropische stormen ontstaan boven water in de tropen of subtropen. Technisch gezien heten deze stormen tropische depressies, maar de terminologie kent drie namen: orkaan (hurricane), tyfoon (typhoon) en cycloon (cyclone). De benaming hangt af van de locatie waar de storm zich heeft ontwikkeld. Boven de Atlantische Oceaan en de oostelijke Grote Oceaan wordt het een orkaan genoemd. Een tyfoon ontwikkelt zich boven de noordwestelijke Grote Oceaan. Een cycloon ontstaat boven de zuidwestelijke Grote Oceaan en de Indische Oceaan. De orkaan en tyfoon bevinden zich dus voornamelijk op het noordelijk halfrond en de cycloon op het zuidelijk halfrond.

Ontwikkeling en anatomie

Een tropische storm kan ontstaan wanneer oceaantemperaturen hoger zijn dan 27°C aan het oppervlak. Er is dan voldoende continue verdamping en zo beweegt de lucht omhoog (convectie), waar het hoger in de atmosfeer afkoelt en condenseert tot wolken. Hierdoor ontstaat een sterk lagedrukgebied. Wanneer de storm zich richting koelere wateren of land beweegt, neemt de bron van energie af en verzwakt de storm.

De luchtmassa van een tropische storm beweegt onder invloed van de draaiing van de Aarde, dit wordt het corioliseffect genoemd. Luchtmassa’s worden naar rechts afgebogen op het noordelijk halfrond en naar links op het zuidelijk halfrond. Omdat de tropische stormen zowel op het noordelijk als zuidelijk halfrond kunnen ontstaan, is de draairichting van de stormen verschillend. Een orkaan en tyfoon draaien tegen de klok in en een cycloon draait met de klok mee.

De diameter van een tropische storm kan tot wel 300 km groot zijn. Het oog van de storm bevindt zich in het middelpunt. Hier is de druk het laagst en daardoor is de omringende wind het sterkst. De meeste convectie vindt plaats aan de rand van het oog, waardoor er een groot contrast is tussen het rustige oog en de stormachtige oogrand met flinke onweersbuien, neerslag en wind. De windsnelheid van een tropische storm is minimaal 33 m/s (118 km/h) en haalt daarbij windkracht 12. Ter vergelijking: de gemiddelde windkracht in Nederland aan de kust is windkracht 4. Tijdens zware stormen in Nederland kan windkracht 10 of 11 gehaald worden, maar dit komt zelden voor. Gemiddeld vormen er in de Atlantische Oceaan zes orkanen per jaar, waarvan er twee het Verenigde Staten kustgebied raken.

Gevolgen

Het orkaanseizoen loopt van juni t/m november op het noordelijk halfrond en van december t/m april op het zuidelijk halfrond. Tropische stormen brengen veel gevolgen met zich mee, zowel op land als over de oceaan. Over de oceanen kunnen de stormen zorgen voor verstoringen in het scheepvaartverkeer. Eenmaal aan land gekomen, kan een storm enorme schade aanrichten. De heftige regen en wind veroorzaken vernieling van natuur en door de mens gebouwde structuren. Daken worden weggeblazen, complete huizen in puin gelegd en bodem geërodeerd. Een tropische storm duwt het oceaanwater richting de kust en veroorzaakt een stormvloed waardoor grote gebieden overstromen. Eén van de grootste orkanen in de Verenigde Staten was orkaan Katrina, welke in 2005 zorgde voor een overstroming van de stad New Orleans.