2024: dit was het Europese weer
Op 15 april bracht het Europese klimaatinstituut Copernicus samen met de Wereld Meteorologische Organisatie (WMO) een uitgebreid rapport uit over het Europese klimaat van 2024. De in kaart gebrachte feiten en analyses vertellen het verhaal van het weer in Europa gedurende het jaar. In dit bericht behandelen we de meest opvallende gebeurtenissen van 2024.Warmer dan normaal
In Europa was 2024 het warmste jaar ooit gemeten. Net als wereldwijd kwam zo’n hoge gemiddelde temperatuur niet eerder voor in de meetgeschiedenis. In bijna de helft van Europa werden recordhoge jaarlijkse temperaturen gemeten. Alleen in IJsland was het kouder dan normaal. De grootste temperatuurafwijkingen lagen 2°C tot 3°C boven het gemiddelde en deden zich voor in de oostelijke en zuidoostelijke delen van Europa. Gemiddeld over Europa was het op 45% van de dagen veel warmer dan gemiddeld.

In het jaar 2024 waren er veel hittegolven, maar geen grote regio’s met recordkoude gemiddelde temperaturen. Dit volgt de algemene opwarmingstrend, waarin warmterecords vaker worden verbroken dan kouderecords. Desondanks werden in het begin van januari in Zweden en Noorwegen recordlage temperaturen gemeten tijdens een koude periode. In meer dan twee derde van het Europese land waren er minder dan 90 vorstdagen, terwijl dat normaal de helft is. Het is het grootste gebied in de meetgeschiedenis dat zo weinig vorstdagen zag.
Hitte- en koudestress
Het aantal dagen met sterke tot extreme hittestress (gevoelstemperatuur hoger dan 32°C tot 46°C) was het op één na hoogste sinds het begin van de metingen. Alleen in 2010 en 2023 waren er meer dagen met zulke sterke hittestress. Het aantal tropische nachten was in de zuidoostelijke regio’s veel hoger dan normaal, terwijl in het midden tot noorden van Europa minder tropische nachten voorkwamen. Het totale aantal tropische nachten was het op één na hoogste ooit. In 2024 was er een record laag aantal dagen met koudestress, maar de plaatsgevonden koudestress was over het algemeen ernstiger.

Grote verschillen in neerslag
Er is een sterk contrast te zien in de neerslag tussen het oosten en westen van Europa. West-Europa beleefde één van de natste jaren sinds 1950, maar in Oost-Europa was het droger dan gemiddeld. Gemiddeld over Europa komt de neerslag bovengemiddeld uit omdat in een groot deel van het continent zo veel neerslag viel. Sommige van de afwijkingen zijn gekoppeld aan extreme weersomstandigheden, zoals storm Boris in Centraal-Europa en de DANA in Spanje, welke catastrofale gevolgen hadden.

De neerslag viel vaker in het westen en ook in grotere hoeveelheden, maar minder vaak en in kleinere hoeveelheden in het oosten. In heel West-Europa was het aantal natte dagen hoger dan gemiddeld, tot wel 40 dagen meer dan normaal. In Oost-Europa waren er grote gebieden met 30 tot 50 minder natte dagen dan normaal.
De verschillen tussen Oost- en West-Europa worden geassocieerd met een oost-west contrast in de luchtdruk. Het heersende circulatiepatroon met lagedruk boven Noordwest-Europa en hogedruk boven Oost-Europa was vooral duidelijk in de lente en zomer, met over het algemeen nattere, koelere omstandigheden in West-Europa en warmere, drogere omstandigheden in Oost-Europa.
Natuurrampen
In 2024 vonden de grootste overstromingen sinds 2013 plaats. In een groot deel van Midden- en Noordwest-Europa waren de rivierafvoeren over het hele jaar hoger dan gemiddeld, gerelateerd aan de grote neerslaghoeveelheden. Volgens het zesde klimaatrapport van het IPCC is Europa één van de regio’s met de grootste verwachte toename van het overstromingsrisico.
In Europa was het bosbrandrisico wat hoger dan gemiddeld in 2024. In Spanje en Portugal was het in september droog en stond een sterke wind, waardoor het brandrisico verhoogd werd. In Portugal ging 110,000 hectare in vlammen op. Het was geen hevig bosbrandseizoen, maar hield wel langer dan normaal aan. In totaal verbrandde 400 duizend hectare en dat is iets bovengemiddeld.

Zeewatertemperatuur en gletsjers
Het zeewatertemperatuur van de Europese regio was in 2024 het hoogste ooit gemeten en lag 0,7°C boven het langjarig gemiddelde. De Middellandse Zee was het warmste met een zeewatertemperatuur 1,2°C boven het gemiddelde. Deze hoge watertemperaturen hebben waarschijnlijk meegeholpen aan de extreme regenval die gepaard ging met storm Boris en de zware overstromingen in Valencia. Het warmste water werd gemeten halverwege augustus en dat bereikte een waarde van 28,7°C. Deze warme afwijkingen kwamen overeen met een mariene hittegolf en vielen samen met een hittegolf die de omliggende landgebieden trof.
In heel Europa is de omvang van gletsjers afgenomen in 2024. In Scandinavië en Spitsbergen was het massaverlies van gletsjers niet eerder zo groot en in deze gebieden was het jaarlijkse massaverlies het grootst van alle gletsjergebieden wereldwijd.
Relatie tot klimaatverandering
De patronen van 2024 passen goed in het beeld van een opwarmende aarde en de gekoppelde veranderingen in circulatiepatronen en de hevigheid van weersextremen. Europa is één van de snelst-opwarmende regio’s, maar elk continent ziet de gevolgen van klimaatverandering. Om verdere opwarming zo klein mogelijk te houden, heeft Europa grootse plannen om tegen het jaar 2050 netto nul broeikasgasemissies te bereiken. In 2024 werd een recordaandeel van de totale elektriciteit opgewekt door hernieuwbare energiebronnen, namelijk 45%. Daarvan werd 18% geproduceerd door windenergie, 18% door waterkracht en 9% door zonne-energie. Er wordt vooruitgang geboekt, maar om klimaatdoelstellingen te halen moet het sneller en door meer internationale samenwerkingen worden uitgevoerd.

Bron van afbeeldingen: Copernicus Climate Change Service (C3S) and World Meteorological Organization (WMO), 2025: European State of the Climate 2024