Hevige regen- en onweersbuien in Italië
In delen van Italië en Zwitserland valt deze dagen extreem veel neerslag. De buien gaan gepaard met onweer en sneeuw in de Alpen. Een lagedrukgebied wordt tegen de bergen opgeduwd en dan ontstaat stuwingsregen; het zijn buien die lang op één plek aan kunnen houden.Grote neerslagsommen
Dinsdag 15 april viel op diverse plaatsen tientallen millimeters neerslag. Vooral op Corsica en in het noordwesten van Italië viel plaatselijk tussen de 20 en 50 millimeter in 24 uur. In het zuidoosten van Frankrijk viel nog wat meer: tot wel 100 millimeter. Woensdag kwam daar regionaal nog eens 50 tot 100 millimeter neerslag bij. Modelberekeningen geven voor donderdag ruim 200 millimeter neerslag op de zwaarst getroffen plaatsen. In heel Noord-Italië en de zuidelijke delen van Zwitserland wordt tientallen millimeters regen verwacht en in de hogere delen valt ook sneeuw. Na donderdagavond lijkt het ergste voorbij, maar volgende week komen storingen weer in beeld voor deze regio.
Woensdag werd voor het noordwesten van Italië en het zuiden van Zwitserland code rood afgegeven. Ook donderdag is dit het geval, maar geldt daarnaast code oranje in grote delen van noordoost- en centraal-Italië voor wind en regen. Ook op de Italiaanse eilanden Sicilië en Sardinië geldt een weerwaarschuwing vanwege de activiteit van het lagedrukgebied. In de overige gebieden is het code geel. Bekende toeristische gebieden zoals Turijn (Piemonte) en het Gardameer en Lago Maggiore (Lombardije) krijgen te maken met de hevige buien, wat een groot risico betekent voor het toerisme tijdens Pasen.
Stuwingsregen
Het actieve neerslaggebied vindt zijn oorsprong boven de Golf van Genua. Het Genua-laag, een lagedrukgebied dat zich hier vormt, ontstaat wanneer koude lucht uit het noorden botst op veel warmere lucht uit het zuiden. Er vormt dan een actief front dat tegen het noordwesten van de Alpen wordt geduwd, waardoor de lucht moet stijgen en de aanwezige waterdamp condenseert tot intense regenbuien. Bij stuwingsregen kan de neerslag voor langere tijd aanhouden voordat de lucht over het gebergte heen trekt, in dit geval aan de zuidkant van de Alpen. Aan de noordkant is het beeld contrasterend omdat de - nu droge - lucht daalt en opwarmt. Het leidt tot grote temperatuurverschillen in een relatief klein gebied.