Foto gemaakt door Marcel van Hoorn, ANP - Vaalserberg
Foto gemaakt door Marcel van Hoorn, ANPVaalserberg
Nu

Eerste vlokken in Limburgse heuvels

Hoewel het allemaal anders liep dan zondag nog verwacht, zijn in het Limburgse heuvelland de afgelopen nacht wel de eerste natte sneeuwvlokken gevallen. Heerlen meldde er in de loop van de nacht tenminste een paar, maar ze bleven er niet liggen. Er viel bijna niks omdat het neerslaggebied veel noordelijke het land in draaide dan verwacht. Ook in de Ardennen bleef het bij maar en beetje sneeuw, in tegenstelling tot het dikke pak waarop in eerdere instantie toch gehint was.

De eerste vlokken zijn bijna een maand te laat. Normaal valt in november al op 2 dagen iets van sneeuw uit de lucht en de gemiddelde datum is 10 november (1981-2010). Elke natte vlok telt daarbij. In het noorden, oosten en in Zuid-Limburg telt november gemiddeld zelfs 3 sneeuwdagen. In december volgen normaal nog eens 3 sneeuwdagen in Zeeland tot 6 sneeuwdagen in het noorden, oosten en Zuid-Limburg. Of we deze achterstand deze maand nog gaan inhalen is maar de vraag. Overigens viel in de vorige eeuw de eerste sneeuw veel vroeger. Tussen 1951 en 1980 was de gemiddeld eerste dag met een vlok sneeuw in ons land 25 oktober!

Afgelopen winter recordlaat de eerste sneeuw

In de vorige winter viel de eerste sneeuwvlok op de meeste plaatsen opvallend laat. De Bilt moest tot 10 februari wachten op de eerste vlokken en dat was zelfs recordlaat. Later in februari werd het alleen in het zuidoosten eventjes wit. Samen met de winters van 1990 en 2014 had de winter van 2020 geen officieel sneeuwdek. De sneeuwmetingen zijn gestart in 1930 en tot 1990 was een compleet groene winter nog uniek. Door klimaatverandering is dit beeld veranderd.

Het laatste sneeuwdek lag in De Bilt in de ochtend van 1 februari 2019 met 2 cm. Een recordlange periode zonder sneeuwdek hebben we daarmee nog niet. Het eerste 'groene jaar' duurde van 18 maart 1989 tot 8 februari 1991, een periode van 692 dagen, iets langer dan de huidige groene periode. De tweede extreem lange sneeuwloze periode duurde van 31 maart 2013 tot 27 december 2014, een periode van 636 dagen. Mocht er deze maand geen sneeuwdek tot stand komen in De Bilt, dan bereiken we een recordlange periode van 700 groene dagen. Zo ver is het echter nu nog niet.

Gemiddeld, over de periode 1971 t/m 2000, telt het winterseizoen 19 sneeuwdagen in Zeeland, 25 in Utrecht en 33 in Groningen en Drenthe (landelijk 26). Op de Vaalserberg op 322 meter hoogte valt ruim 40 keer per jaar sneeuw. Elke natte vlok telt daarbij.

Sinds 2013 hebben we dit aantal bij lange na niet meer gehaald en deze eeuw is het aantal sneeuwdagen flink afgenomen. In 30 jaar tijd is het aantal sneeuwdagen bijna gehalveerd. Over de periode 1961-1990 viel landelijk gemiddeld op 33 dagen sneeuw en deze sneeuw bleef 19 dagen (gedeeltelijk) liggen. Over de periode 1991-2020, het nieuwe klimaat dat volgend jaar ingaat, viel gemiddeld nog maar 20 keer sneeuw en deze blijft nog maar op 10 dagen (gedeeltelijk) liggen. Het aantal dagen met een sneeuwdek is dus meer dan gehalveerd.

In 1952 en 1954 in september al sneeuw

De vroegste sneeuw ooit gemeten sinds het begin van de sneeuwmetingen in 1951, viel op 19 september 1952. De weerstations in Den Helder en Vlissingen hadden op deze gure septemberdag naast hagelbuien ook kliedernatte sneeuwvlokken geregistreerd. In Vlissingen gebeurde dat op de 20e nog een keer.

Niet veel later op 29 september 1954 viel in Leeuwarden en Eindhoven sneeuw en een dag later ook in Eelde. Het zeewater van de Noordzee was in die tijd door de koele zomers nog flink kouder (Leeuwarden kwam in de 'zomer' van '54 niet hoger uit dan 25,2 graden), waardoor de koude noordenwind boven het water minder snel opwarmde dan tegenwoordig. Vroeger viel de eerste sneeuw van het winsterseizoen daardoor vaak al in oktober, sinds 1951 was dit 24 keer het geval, waarvan slechts 6 keer deze eeuw. In 2000 viel pas op 15 december voor het eerst ergens in ons land sneeuw en in de 'winter' van 2013-2014 waren er voor het eerst plekken zonder ook maar één sneeuwvlok. Door klimaatverandering zullen we dit in de toekomst vaker gaan zien.

Jordi HuirneMeteoroloog en presentator