Foto gemaakt door Jos Hebben  - Altweerterheide - Eind mei 2020 was de overlast al groot in Limburg.
Foto gemaakt door Jos Hebben AltweerterheideEind mei 2020 was de overlast al groot in Limburg.
Nu

Eikenprocessierupsen komen uit hun ei door warm weer

Op meerdere plekken in Nederland zijn de eerste eikenprocessierupsen tevoorschijn gekomen. Al op 30 maart kwamen ze uit hun ei, daarmee zijn ze vroeg dit jaar en dat komt door de warme en zonnige maartmaand. Na een koele start van april keert het warme en zonnige weer komende dagen terug en zal het hard gaan met de rupsen. Wat kun je zelf toen tegen de processierups en waar is dit dier eigenlijk goed voor?

De eikenprocessierups is een behaarde rups van een nachtvlinder die haar eitjes in de maand augustus in eikenbomen legt. De eitjes overwinteren en komen in april uit. De eerste rupsjes zijn nu al gespot, maar de meeste eipakketjes zijn nog gesloten. De eitjes die vorig jaar als eerste gelegd zijn en in de zon gelegen hebben, zijn eind maart als eerste uitgekomen.

Omdat de temperatuur in de eerste helft van april lager lag dan in de maand maart, is de ontwikkeling van de rest van de eitjes wat vertraagd. Dat verandert snel nu het deze week beduidend warmer is geworden en we ook de koude nachten kwijt zijn geraakt. De situatie is daarmee vergelijkbaar met vorig jaar, toen ook een deel van de eitjes vroeg uitkwam. Echter bleef het toen vanaf april de rest van de lente koud, waardoor uiteindelijk maar weinig rupsen het hebben overleefd.

Overlast eind mei verwacht

De eikenprocessierupsen, bekend van hun minuscule brandharen, veroorzaken nu in elk geval nog geen overlast. Pas eind mei verspreiden de rupsen hun brandharen, die jeuk en gezondheidsklachten kunnen veroorzaken. Doordat de rupsen verspreid over de tijd uit hun ei komen, wordt de overlast ook verspreid over de tijd. In de vroege zomers van 2018, 2019 en 2020 was de overlast enorm in ons land en werden de rupsen ook in noordelijke gebieden gesignaleerd, waar dat tot 2020 nog niet gebeurde. Of dit jaar ook weer een extreem rupsenjaar wordt is nog afwachten. Hoe warmer en zonniger de lente wordt, hoe meer overlast we kunnen verwachten.

Overlast door klimaatverandering

Tot eind jaren ’80 had niemand in ons land nog van de rups gehoord en was sowieso sprake van een heel ander klimaat. Vanaf de jaren ’90 werden de winters zachter en de zomers heter met vaker droogte. Vanaf dat moment dook de rups soms op in Brabant en Limburg. Zo’n 15 jaar geleden begon de rups in Zuid-Nederland echt een plaag te vormen, terwijl in de kustprovincies en in het noorden nog weinig aan de hand was. In 2004 werd voor het eerst alarm geslagen. In de laatste jaren (vanaf 2014) lijkt de klimaatverandering zelfs in een stroomversnelling te gaan in ons land en rukt de rups steeds sneller op. De aantallen zijn verdrievoudigd en afgelopen jaren was in vrijwel het hele land sprake van een plaag. Alleen in (geïsoleerde) delen van Zeeland, Flevoland en op de Waddeneilanden is de rups nog niet aangekomen.

Waar is dat beest goed voor?

Nu deze kleine monstertjes weer in aantocht zijn, nemen gemeenten alvast maatregelen. Zo worden borden geplaatst op drukke wandel- en fietsroutes waar veel eikenbomen staan. En nog veel belangrijker, de gemeente verbetert de leefomgeving van natuurlijke vijanden van de eikenprocessierups. Want dat is het grootste probleem, het evenwicht is verstoord. Vooral in stedelijke gebieden heeft de rups maar weinig natuurlijke vijanden. Terwijl de rups als belangrijke voedselbron dient waar veel eiwitten inzitten. Vogels als koolmezen zijn dol op de rupsen, net als sluipvliegen en sluipwespen. En als in juli of augustus uiteindelijk de eikenprocessievlinder uit de pop komt, geeft het diertje geen overlast meer en kun je hem als nachtvlinder tegenkomen. Overigens leeft die nachtvlinder maar een paar dagen. En vleermuizen zijn daar weer dol op!

De leefomgeving van deze natuurlijke vijanden kan worden verbeterd door verschillende soorten beplanting aan te brengen, het plaatsen van vogelkasten en het uitzetten van lieveheersbeestjes en gaasvliegen. Naast de gemeente kun ook jij hieraan bijdragen. Hoe groener en kleurrijker je tuin is, hoe meer koolmezen, sluipvliegen en sluipwesten je tuin aantrekt. Plaats daarbij bijvoorbeeld ook een aantal vogelhuisjes. En gebruik geen chemische middelen! Zo help je mee het natuurlijke evenwicht te herstellen.

Opzuigen of wegbranden

Om de natuur een handje te helpen, worden rupsen die overlast geven door de gemeente verwijderd. In een vroeg stadium kunnen de jonge bladeren van de eikenbomen met een verhoogd risico beneveld worden met een preventief biologisch middel. De jonge, kleine rups zal na het eten van deze bladeren snel stoppen met eten en doodgaan. Helaas werkt dit middel niet bij oudere rupsen. Volgroeide nesten worden in piekperiodes weggezogen of verbrand. De gemeente verwijdert overigens alleen nesten in straten en andere openbare plekken. Staatbosbeheer is verantwoordelijk voor het bos. Mocht je in de buurt een nest tegenkomen, dan kun je contact opnemen met de gemeente. Vermijd het contact met de rupsen en als je in de natuur gaat wandelen, is bedekkende kleding een aanrader. Ga je met je hond wandelen, ontwijk dan gebieden met eikenbomen. Ook voor honden is de rups gevaarlijk!

Miljoen brandharen

Je zou het niet zeggen, maar elke eikenprocessierups kan wel een miljoen brandharen hebben, die irritatie aan huid, luchtwegen en ogen kunnen veroorzaken. Daarom worden opgezogen rupsen meestal veilig begraven op een stortplaats, waar ze zes tot acht jaar met rust worden gelaten! De rupsen kunnen ook worden verbrand, maar dan komen de brandharen juist in de lucht. Dit kan alleen op plekken waar geen mensen of dieren in de buurt zijn.

Jordi HuirneMeteoroloog en presentator