In Spanje trekt het ‘gouden’ strand zich terug. En er gebeurt… niks!
Meer dan 80 miljoen toeristen ontving Spanje in 2019, die samen meer dan 92 miljard euro uitgaven. Miljoenen mensen werken ‘aan het strand’. De meer dan drieduizend stranden aan een kustlijn met een lengte (Balearen en Canarische eilanden meegerekend) van ongeveer 10.000 kilometer spelen een cruciale rol. Maar met die stranden is iets aan de hand: ze verdwijnen op steeds meer plaatsen en in een steeds hoger tempo.De klap was groot toen een storm met zware regenval in de voorbije aprilmaand aan de Zuid-Spaanse kust grote stukken van het 7 kilometer ten oosten van Marbella gelegen Playa del Alicate, bij de wijk Las Chapas Playa wegsloeg. De strandtent Hipopotamos Beach, één van de laatste ‘Chiringuitos’ die er nog op het strand staat, overleefde de aanval van de zee ternauwernood. Van de duinen, een stukje verderop, sloeg een flink deel weg, omdat het water een laag zand van ongeveer 2,5 meter dikte van de stranden afsnoepte.
Duinrestanten
Restaurant Las Flores, tientallen jaren lang veilig gewaand bovenop de duinen, raakte de duinrestanten voor zich kwijt, inclusief de geliefde eettafeltjes die daar altijd stonden en bij toeristen iedere avond gretig aftrek vonden. Het water kwam zover dat het de fundering van het terras voor het restaurant begon te ondermijnen. Daar bleef het voorlopig bij.
Het terras is er nog, maar de glazen deuren ervan, die de wind opvangen als het weer eens goed tekeer gaat, kunnen niet meer worden vastgezet. Het zand waarin dat gebeurde, is verdwenen. Waar ooit het zand lag, gaapt nu een metersdiep gat. De pinnen, waarmee de deuren in het zand werden vastgezet, hangen er werkeloos boven. Buiten gromt de zee, op angstwekkend kleine afstand. Het waait nu niet en toch komen de golven van de vloed bijna tegen de wand aan, waarop nu meteen het restaurant staat.
‘Wat is er gebeurd?’, vragen we de ober als hij bij ons tafeltje komt. ‘Oef, zegt hij. Het was een storm en die was verschrikkelijk. In één dag sloeg alles weg.’ We zien de afschuw in zijn ogen. Het respect ook, voor de zee. Die geeft en de afgelopen jaren vooral neemt.
Stormen
De storm was de zoveelste slag voor het strand aan de Costa del Sol. Al jaren weten ze dat het zand er steeds meer verdwijnt. Tussendoor worden wel degelijk pogingen gedaan om de boel te herstellen. Maar de stormen zitten tegenwoordig zo dicht op elkaar en de schade is zo groot, dat een vorige opknapbeurt nog niet is afgerond als een volgende klap al wordt gegeven. En zo verliest Spanje meer en meer zijn stranden.
Een strandwandeling vertelt het verhaal. Een verhaal van ongebreidelde bouw van hotels, huizen, restaurants en strandtenten. Die de duinen van weleer tot een paar onbeduidende reepjes degradeerden. En zelfs die zijn, ook al wordt meer en meer duidelijk welke cruciale rol ze in de toch al middelmatige kustverdediging ter plaatse spelen, nog altijd niet veilig. Bij één van de laatste stukjes, tussen de wijken Las Chapas Playa en Costabella staat sinds enige tijd een verkoopkantoortje van een projectontwikkelaar. Ook dit laatste restje duinnatuur moet aan de man gebracht en zal in een toeristenwijkje veranderen.
Ondertussen schreeuwt de plaatselijke hotellerie moord en brand. Een luxueuze en prijzige badplaats als Marbella, die zich al van oudsher een zekere statuur toedicht, komt er met zijn stranden intussen maar bekaaid vanaf. Op heel veel plaatsen is er niet meer dan een enkele meter van over. Het is dringen geblazen op het schaarse zand. De stranden zitten vol, elke dag weer. Vooral ook omdat er nauwelijks meer ruimte is. Op sommige plaatsen in Marbella zelf zijn zelfs delen van stranden gesloten, zo slecht is de situatie er.
Teloorgang
Ook op El Alicate is de teloorgang zichtbaar. Huizen, direct aan zee, zijn hun bestaan sinds enige tijd niet meer zeker. Het water pakt de buitenmuren van de tuin, of zelfs het huis steeds vaker aan. De eerste huizen zijn verlaten. Het is wachten tot ze aan de oprukkende zee ten prooi zullen vallen. Op andere plaatsen proberen bestaande restaurants en strandtenten hun strandstoelen nog aan de man te brengen, op de laatste meters ‘droog’ zand die nog beschikbaar zijn. Er is nog maar weinig ruimte om er voorlangs te lopen.
Het opspuiten van nieuw zand is in Spanje de enige techniek die wordt gebruikt om het oprukkende water van de zee een halt toe te roepen. Maar zonder veel succes. In 20 jaar tijd is al zo’n 30 miljoen kubieke meter aan zand opgebracht, waarvan het grootste deel in de periode daarna ook weer is weggespoeld.
‘Zijn jullie niet bezorgd?’, vragen we de ober. ‘Zeker wel’, zegt hij. ‘De oprukkende zee is zelfs het gesprek van de dag. We zijn ontzettend bezorgd. Er komen bij ons ook steeds minder mensen, omdat de mooie plekken zijn verdwenen. Maar de natuur zal het moeten doen. Verder mag je hier niks omdat de duinen waarop we staan beschermd gebied zijn. Ook de gemeente kan hier helemaal niks doen’.
Wonderlijk
Met het eerdergenoemde verkoopkantoortje bij één van de laatst overgebleven duinpercelen in het achterhoofd, klinkt dit argument wat wonderlijk. Hoezo bescherming? Ook nu worden de laatste stukjes duin nog in cultuur gebracht. En wat is niks doen onder het mom van natuurbescherming waard, als je het laatste stukje natuur dat je beschermt in zee ziet verdwijnen. We zoeken het nog wat verder uit.
Er blijkt een natuurclub te zijn die ProDunas heet (Voor de Duinen). Sinds jaar en dag wijzen ze op het belang van de duinen, ook als broodnodige zeewering. Ze hebben een plan gemaakt om het afkalven van het strand bij Las Chapas Playa tegen te gaan. Het is hun eigen, primitieve versie van een zandmotor, door op het strand (evenwijdig eraan) kleine kribjes aan te leggen, waarachter het zand van de zee kan bezinken. Het kost 55.000 euro.
Zelf hebben ze al een derde van dat bedrag bijeen weten te brengen. De gemeente Marbella zegt het plan te omarmen en zoekt naar de rest van het geld. Dit alles speelde in de voorbije junimaand. Inmiddels schrijven we eind augustus en is er nog niets gebeurd. In de krant lezen we het bericht dat de oprichter van ProDunas, en tevens de grote voorvechter van het plan plotseling is overleden. Een in memoriam is zijn deel. Intussen liggen de overgebleven stranden er naakt als altijd bij. En is het wachten op de volgende klap.