Was storm Poly het gevolg van klimaatverandering?
Woensdag trok een ongekend sterke zomerstorm over ons land. Storm Poly, de zwaarste zomerstorm sinds het begin van de metingen als we kijken naar de uurgemiddelde windsnelheid, zorgde voor grote schade en eiste helaas één dodelijk slachtoffer. De wind ging pas net liggen en verschillende stemmen gingen op in (sociale) media: “deze storm heeft alles te maken met klimaatverandering!” en “in de toekomst zal dit vaker voorkomen als gevolg van de opwarming van de aarde!”. Maar is dat wel zo? De waarheid ligt een stuk genuanceerder.Woensdagochtend ging het dan uit het niets los. De wind trok razendsnel aan en de windpaal in IJmuiden mat al snel een windkracht 9: stormkracht. Het duurde niet lang of de wind trok zelfs aan tot 11 Beaufort. Maar liefst 2 uurvakken lang kwam het tot een uurgemiddelde wind dat maar één niveau van orkaankracht verwijderd was. Nooit eerder was de uurgemiddelde wind in de zomer zo hoog.
Ook de windstoten waren fors. In IJmuiden kwam de sterkste windvlaag uit op een snelheid van 146 km/uur. In andere delen van Noord-Holland en rondom het IJsselmeergebied werden ook stormkracht en zeer zware windstoten gemeten. Mede vanwege het feit dat de bomen vol in het blad stonden en het flink regende tijdens de storm, gingen de bomen makkelijk om en was de schade in de getroffen gebieden vrij groot.
Toen Poly naar het noordoosten wegtrok, zwakte ook het windveld wat in kracht af. En al heel snel werden op zowel sociale media als op grote mediaplatformen verschillende uitspraken gedaan en uitgelicht. Zo zou volgens sommigen storm Poly “alles te maken hebben met klimaatverandering”.
Ideale atmosferische achtergrond
Dat is echter veel te kort door de bocht. Bepaalde, aan klimaatverandering gerelateerde factoren, kunnen zeker bijdragen aan het zwaarder uitpakken van een storm. Hier gaan we verderop in dit artikel dieper op in. Echter, is bij het ontstaan van een lagedrukgebied (de oorzaak van wind en stormen als deze) de atmosferische achtergrondsituatie ook van groot belang. En zo viel dinsdag en woensdag alles ‘perfect’ samen voor het tot stand komen van storm.
Een sterke straalstroom met een gunstige ligging, een inlopende trog in de bovenlucht en een frontale zone aan de grond: alle factoren waren daar om een lagedrukgebiedje te laten ontstaan en snel te laten uitdiepen. Daar kwam ook nog eens bij dat de timing precies goed was; zo’n beetje het moment dat het lagedrukgebied zijn laagste kerndruk bereikte (en dus op zijn sterkst was), lag het pal voor de Noord-Hollandse kust: het bijbehorende windveld was dan ook het sterkst toen de storing het land op kwam. Mogelijk speelde een zogenaamde ‘sting jet’ ook nog een rol.
Klimaatverandering
Om te zeggen dat deze storm volledig te wijten valt aan klimaatverandering is dan ook onzin. Dat de atmosferische omstandigheden precies goed samenvallen is een kwestie van ‘toeval’ en daar heeft klimaatverandering niet direct invloed op.
Begrijp ons niet verkeerd: dat klimaatverandering een grote rol speelt in ons weer heden ten dage staat vast. Het staat als een paal boven water dat de aarde opwarmt. Dat hebben verschillende variabelen de laatste maanden ook weer duidelijk gemaakt (zie hier en hier). En de juiste argumenten daarvoor zijn dat de statistische distributie van bepaalde weer-variabelen verandert; en dat op zowel lokale als wereldwijde schaal.
Kouderecords worden steeds zeldzamer, de gemiddelde temperatuur loopt op en warmterecords worden juist heel frequent verbroken. Niet alleen de atmosfeer warmt op, hetzelfde gebeurt in zeeën en oceanen. De warmtecapaciteit van water is vele malen groter dan die van de atmosfeer, en daarom is de hoeveelheid warmte in de oceaan overigens nog een betere graadmeter dan de atmosferische temperatuur. IJskappen, zeeijs en gletsjers nemen in omvang af. De trends, dat is waar het om draait.
Die eerdergenoemde trends geven duidelijk aan dat het klimaat wereldwijd opwarmt. De gevolgen daarvan zijn ook duidelijk in de statistiek. Zoals genoemd verandert de hele statistische verdeling van de temperatuur (voorbeeld uit ons eigen land: in De Bilt is het ratio warmte- tegen kouderecords deze eeuw gemiddeld 14 tegen 1). In neerslag zien we iets vergelijkbaars. Zware plensbuien, grote hoeveelheden neerslag in korte tijd, komen vaker voor. Dit verband is ook al zeer bekend bij wetenschappers. De reden: warme lucht kan meer vocht bevatten dan koudere lucht.
Waar duidelijke trends zichtbaar zijn in de statistieken voor temperatuur, neerslag, maar ook sneeuwval en ijsbedekking, daar zijn zulke trends niet zichtbaar in windstatistieken. Er is geen opwaartse trend in extreme windsnelheden, in ieder geval niet in onze omgeving.
Onderzoek nodig
Daarmee is overigens niet gezegd dat klimaatverandering geen rol speelde bij het tot stand komen van storm Poly. Dat zou net zo voorbarig zijn als zeggen dat de storm volledig veroorzaakt werd door klimaatverandering. Er zijn namelijk wel degelijk processen met betrekking tot het ontstaan van deze storm waarbij klimaatverandering een rol kan hebben gespeeld. Het gaat er alleen om dat we dit niet vast kunnen stellen zonder specifiek onderzoek te hebben gedaan naar dit specifieke weerfenomeen.
Speelde warm zeewater een rol?
Een van die factoren die bijgedragen zou kunnen hebben aan de hevigheid van de storm, zou het relatief warme zeewater in de Noordzee kunnen zijn. We weten dat de atmosfeer en zeewater opwarmen als gevolg van klimaatverandering. Warm zeewater kan bijdragen bij het ontwikkelen van een lagedruksysteem, doordat boven een warme zee relatief veel water verdampt. Deze waterdamp condenseert dan weer naarmate het opstijgt. Bij de condensatie bovenin het lagedrukgebied komt weer warmte vrij, wat de opwaartse stroming bevordert. Dit kan weer leiden tot een snellere ontwikkeling en een lagere luchtdruk van het weersysteem.
Een tweede manier waarop warm zeewater (en een relatief warme atmosfeer) een rol kan spelen, is doordat warme lucht relatief licht is vergeleken met koelere lucht. Als gevolg daarvan heeft warme lucht de neiging op te stijgen. Om in evenwicht te blijven, moet lucht vanaf grotere hoogte weer richting het aardoppervlak gemixt worden ter compensatie. Omdat het hoger in de atmosfeer harder waait dan vlakbij het oppervlak, kunnen hoge snelheden zo meegevoerd worden naar beneden. Hierdoor pakken de windsnelheden onderin de atmosfeer hoger uit dan in een scenario zonder dat warmere oppervlak.
Ook hierbij gelden echter weer een paar nuances. Is het zeewater warm door klimaatverandering alleen? Want ook dat is weer te kort door de bocht. Het zeewater was aan het begin van de zomer juist aan de lage kant door de aanhoudende noordstroming. Net zoals dat koudere zeewater ook geen bewijs is voor een afkoelende aarde, is het warmere zeewater geen bewijs voor een opwarmende aarde. Het gaat om de trend op de lange termijn.
Die trend wijst overduidelijk in de richting van opwarming van de aarde, maar dat het Noordzeewater nu warm is, is natuurlijk ook het gevolg van een langdurige oostelijke wind en bijbehorende hoge temperaturen een aantal weken geleden. Klimaatverandering is niet de reden dat die wind uit de oosthoek kwam. Dat is ‘het weer’.
Feit is natuurlijk wel dat de aangevoerde lucht, uit welke richting deze ook waait, warmer is dan vroeger. Dat is het gevolg van klimaatverandering: de aarde warmt op. Dat de zee warmer was dan aan het begin van de zomer is het gevolg van het weer, maar zo kunnen we wel weer met vrij grote zekerheid stellen dat het zeewater nu warmer is dan tijdens vergelijkbare weersomstandigheden een paar decennia geleden.
Conclusie: nuance
En zo komen we terug op ons originele punt: het is veel te ongenuanceerd om te zeggen dat storm Poly het gevolg is van klimaatverandering. Tegelijkertijd is het net zo onnozel om te zeggen dat klimaatverandering helemaal geen rol heeft gespeeld.
De atmosferische achtergrondsituatie zorgde ervoor dat het lagedrukgebied dat de storm veroorzaakte kon ontstaan. Tegelijkertijd zijn een paar van die achtergrondsituaties, en dan met name die van het zeewater, gedeeltelijk beïnvloed door klimaatverandering. Maar hoe groot de invloed hiervan was, zal eerst onderzocht moeten worden. Alles wat er voor die tijd wordt geroepen over of klimaatverandering al dan niet invloed had op de ernst van storm Poly, is speculatie.
Elke poging om speculatieve uitspraken als feiten te presenteren, doet afbreuk aan het klimaatdebat. Het is aan ons allen om feiten van speculatie te onderscheiden en de complexiteit van deze kwestie te erkennen, voor een genuanceerde en op feiten gebaseerde discussie over de impact van klimaatverandering.