Eerste helft 2022 verloopt recordzonnig en zeer warm
Sinds het begin van de landelijke zonmetingen in 1906 was het nog nooit zo zonnig over de eerste 6 maanden van het jaar. Gemiddeld over het land scheen de zon 1180 uren tegen 941 uren normaal. Op een tweede plek staat 2020 met 1155 zonuren. Verder was het bijzonder warm met in De Bilt gemiddeld 10,0 graden tegen 8,9 graden normaal. Alleen in 2007, 2014 en 2020 begon het jaar nog warmer. Het aantal mooi-weerdagen komt uit op 46 tegen 29 normaal. Alleen in 2020 was dit aantal hoger.Het nieuwe klimaat wordt steeds warmer en zonniger in ons land. Als we kijken naar de eerste 6 maanden van het jaar, dan vinden we in de top-10 zonnigste slechts één jaar uit de vorige eeuw. Op een negende plek staat 1976 met 1020 zonuren. Deze eeuw waren er dus nog 8 zonnigere jaren.
Van alle maanden sprong maart er dit jaar het meest uit. Met landelijk 245 zonuren werd het record uit 2014 van 208 zonuren verpulverd. Nooit eerder werd een zonrecord zo veel verbeterd. Verder staan ook februari, april en juni in de top-10. Alleen januari was iets te somber.
Slechts 3 keer warmer
Met gemiddeld 10,0 graden is het jaar tot nu toe ruim één graad te warm verlopen in De Bilt. Op basis van 6 maanden is dit een enorme afwijking. In 2020 en 2014 was het nog een fractie warmer. Op een nummer 1 plek staat 2007 met een gemiddelde temperatuur van 11,0 graden.
In de top-10 warmste jaren komen we slechts 2 jaren uit de vorige eeuw tegen, namelijk 1998 (9,8 graden) en 1990 (10,0 graden). Sindsdien was het vier keer nóg warmer, inclusief dit jaar. April was dit jaar de enige koude maand met in De Bilt 9,3 graden tegen 9,9 normaal. Februari kwam op een vierde plek uit in de top-10 warmste februarimaanden. Februari stond in het teken van wind, op maar liefst 7 dagen stormde het en dit aantal was alleen in 1990 hoger met 9 stormdagen in ons land. Wel was de serie van 6 opeenvolgende dagen met storm uniek. Maar liefst 3 stormen trokken over het land: Dudley, Eunice en Franklin.
Weinig vorst en veel warme dagen
De zachte winter heeft behoorlijk bijgedragen aan de hoge gemiddelde temperatuur van het eerste half jaar van dit jaar. Het vroor dit jaar slechts 26 keer in De Bilt tegen 36 keer normaal. Matige vorst, met minima lager dan -5 graden, kwam helemaal niet voor tegen 7 keer normaal. Sinds 1901 was het de negende winter zonder matige vorst. Verder komt het kwik normaalgesproken ook nog één keer onder -10 uit. Op 7 maart werd het in De Bilt bijna -5 graden. In Deelen werd toen de laagste temperatuur van -6,6 graden gemeten. De enige keer dat het in ons land op grote schaal sneeuwde, was op 1 april. Op de Veluwe lag lokaal circa 17 cm.
Het aantal warme dagen, waarop het tenminste 20 graden wordt, ligt juist hoger dan de norm met 36 tegen 32 gemiddeld. Het aantal zomerse dagen, waarbij het tenminste 25 graden wordt, is op 7 uitgekomen tegen 9 normaal. Opmerkelijk is dat het nog niet tot tropische temperaturen is gekomen op het hoofdstation. Normaal telt de eerste helft van het jaar één tropische dag van 30 graden of meer. Op 23 juni haalde De Bilt 29,8 graden. Enkele dagen daarvoor werd in het Limburgse Ell de landelijk hoogste tempereratuur van 33,9 graden gemeten op de 18e.
In De Bilt zijn dit jaar nog geen kouderecords voorgekomen. Wel kwam het 5 keer tot een warmterecord, waarvan 2 maximum-dagrecords.
Neerslag tot nu toe normaal, wel droogte door veel verdamping
Met landelijk gemiddeld 359 mm tegen 352 mm normaal lijkt de hoeveelheid neerslag heel normaal. Toch kampen gebieden in het oosten van het land en Zeeland met droogte. Dit kwam door het zonnige weer afgelopen voorjaar. Ook is de neerslag grillig verdeeld over het land. Op de Veluwe en de Utrechtse Heuvelrug is juist meer neerslag dan normaal gevallen. Op de Utrechtse Heuvelrug is daardoor sprake van een klein neerslagoverschot. In de rest van het land verdampte meer vocht dan aan neerslag viel, dus is sprake van een neerslagtekort. Zeeland heeft een neerslagtekort van ruim 180 mm. Zuid-Limburg, Twente en de Achterhoek kampen met een tekort van circa 150 mm.
Na een vrij droge januari was februari de op 3 na natste sinds het begin van de metingen met landelijk gemiddeld 119 mm. Daarna volgde de droogste maart uit de geschiedenis met 9 mm. Daarna was april iets te nat, mei iets te droog en juni weer iets te nat. Neerslag viel vaak in de vorm van fikse buien, waardoor regionaal grote verschillen voorkomen. Ook kwam het zowel in mei als in juni tot een tornado.
Het aantal mooi-weerdagen komt in De Bilt uit op 46 tegen 29 normaal. Alleen in 2020 was dit aantal met 47 dagen nipt hoger. Op een mooi-weerdag is het droog, schijnt de zon meer dan de helft van de tijd en is het warmer dan normaal.