Kletsnatte lente 2023 was zo koud nog niet
De kletsnatte lente van 2023 was met 225 mm tegen 154 normaal de op 3 na natste sinds het begin van de metingen. Daarbij viel in maart nog regelmatig sneeuw die soms bleef liggen. Hoewel het vaak koud aanvoelde, verliep de lente met 9,7°C slechts een fractie kouder dan de flink opgewarmde normaal van 9,9°C. Ondanks de grote hoeveelheid regen zorgde een zonnige en droge eindsprint ervoor dat de lente niet heel somber verliep: het aantal zonuren komt rond normaal uit met landelijk 562 uren tegen 567 normaal.Het begin van de lente zette eigenlijk direct de toon voor het hele seizoen. Begin maart was het namelijk koud met vaak vorst in de nachten en ochtenden. De eerste ochtend van de maand was ook meteen de koudste met matige vorst (-5,8°C) in De Bilt en -7,6°C als landelijk laagste temperatuur (weerstation Twenthe). Een ruime week later volgde de laagste maximumtemperatuur van de lente: op 9 maart kwam het kwik niet boven 2,5°C graden uit in De Bilt.
Maart was iets te zacht, april kouder en mei gelijk aan de klimatologische normaal. De lente als geheel is een fractie kouder dan het langjarig gemiddelde. Vergeleken met het oude klimaat was de lente echter nog altijd warm.
Vaak sneeuw en nog veel vaker regen in maart
Scheen aanvankelijk de zon nog vaak tijdens de koude start van maart, daarna kwam het vaak tot neerslag in de vorm van veel regen en soms ook (natte) sneeuw. Rond 10 maart viel er op meerdere dagen sneeuw en ontstond meermaals een heus sneeuwdek tot lokaal zelfs 10 cm aan toe. De sneeuw werd wel afgewisseld door grote hoeveelheden van de vloeibare variant. Het hoogste sneeuwdek van de lente was zoals zo vaak terug te vinden bij het Drielandenpunt: 15 cm.
Na dit koude begin van maart, hield het wisselvallige weer aan met op 13 maart zelfs storm en een windstoot van 108 km/uur in Berkhout. Het was de eerste storm van het jaar en tevens de eerste in ruim een jaar tijd. Er kwamen soms weer winterse buien voor, maar later in de maand gingen de temperaturen duidelijk omhoog. Mede ook dankzij de vrij zachte nachten en meerdere recordzachte dagen later in de maand verliep maart met een gemiddelde temperatuur van 7,0°C uiteindelijk 0,5°C zachter dan normaal. Vrijwel dagelijks veroorzaakten neerslagfronten of buien flinke neerslagsommen, waardoor gemiddeld over het land net geen 100 mm aan neerslag viel, slechts 5 keer verliep maart nog natter dan dit jaar. Het was ook behoorlijk somber weer met maar weinig ruimte voor de zon.
Natte en koude april leidt tot neerslagoverschot
April volgde in vergelijkbare stijl en verliep sinds 1998 niet zó nat. De aprilmaand slaagde er daarbij wél in om als ‘te koud’ de boeken in te gaan met een gemiddelde temperatuur van 8,7°C (tegen 9,9°C normaal) in De Bilt. Na een zeer nat begin van de maand volgde een serie vorstdagen, met als laagste apriltemperatuur op 4 april -2,8°C in De Bilt en -5,0°C in Eelde. Vlak na de koude periode volgden op Tweede Paasdag felle onweersbuien met flinke inslagen.
In de loop van de maand warmde het geleidelijk aan wat op, maar echt warm wilde het maar niet worden. Pas op 21 april kwam het tot de eerste lokale warme dag van het jaar, en dat is ruim 2 weken later dan normaal. Het wisselvallige weer hield aan en vanwege het bewolkte en regenachtige weer werd ons een unieke kans op het waarnemen van noorderlicht ons ontnomen. Opvallend genoeg - maar door het regenachtige weer niet bepaald verrassend – eindigde april met een neerslagoverschot, waar zich normaal gesproken een tekort opbouwt.
Door de relatief droge meimaand is het niet de natste lente 'allertijden' geworden.
Tijdelijk natste lente ooit gemeten
In mei zette het wisselvallige en natte weer nog grofweg tot de helft van de maand door. Opnieuw vielen soms enorme neerslagsommen, ditmaal vaak in de vorm van stevige (onweers)buien. Zo viel bijvoorbeeld Bevrijdingsdag haast letterlijk in het water. Halverwege de maand, op 16 mei, stond de lente al op de 3 na hoogste plek met betrekking tot natste lentes ooit gemeten. Kijken we naar de periode van 1 maart tot en met die datum, dan stond de lente zelfs even op nummer 1 voor wat betreft natste ooit gemeten.
Zonnig en droog einde voorkomen natste lente ooit
Onder invloed van een hogedrukgebied was het de tweede helft van de maand echter opeens gedaan met de neerslag. Het gevolg is dat de huidige lente, hoewel zeer nat, net niet de top 3 bereikt voor wat betreft natste lentes ooit. In mei als geheel viel gemiddeld wat minder neerslag dan normaal en de zon scheen ruim 30 uur meer dan normaal. Dit heeft als gevolg dat aan het einde van dit seizoen zich op veel plekken toch voorzichtig een neerslagtekort begon op te bouwen. De grote hoeveelheid zon in de tweede helft van mei compenseerde ook het sombere weer eerder in het voorjaar: in de lente als geheel scheen de zon namelijk ongeveer het normale aantal uren.
De zonnige en droge tweede helft van mei compenseerde het regenachtige en vaak sombere weer in maart en april.
Late warme en zomerse dag
Met de oplopende temperaturen kwam het in mei eindelijk tot de eerste officiële warme dag (4 mei) en de eerste lokale zomerse dag (22 mei), Hupsel kwam tot 25,7 graden. Beiden vielen zo’n 3 weken later dan normaal. De Bilt wacht nog steeds op zijn eerste officiële zomerse dag, de 25 graden is niet gehaald op het hoofdstation tegen 4 zomerse dagen normaal. Wel kwam het kwik 13 dagen op tenminste 20 graden uit, dat is minder dan de normale 16 warme dagen. Door het ontbreken van veel warme dagen, bleef het aantal mooi-weerdagen onder normaal. De Bilt telt er 13 tegen 20 normaal. Op een mooiweerdag blijft het droog, schijnt de zon meer dan de helft van de tijd en is het warmer dan normaal. Maart en april telden vrijwel geen dagen met mooi weer. In mei komt de teller op 9 uit tegen 8 normaal. Mei sloot warm af met zomerse temperaturen in het zuidoosten. Ell noteerde op 31 mei de landelijk hoogste temperatuur van 25,8 graden.
Niet geheel verrassend verliep de lente kouder dan normaal, maar met 9,7°C tegen 9,9°C normaal was het zeker niet extreem koud. Sterker nog: 30 jaar geleden zou de huidige lente erg warm zijn geweest; toen lag de gemiddelde lentetemperatuur namelijk nog op 8,4°C. Sinds het begin van de metingen in 1901 verliepen maar liefst 98 lentes kouder dan dit jaar. Door klimaatverandering zijn we gewend geraakt aan warme lentes. Vorig jaar was de lente met een gemiddelde temperatuur van 10,2°C bijvoorbeeld behoorlijk warm. In 2021 was de lente nog een stuk kouder: 8,1°C. Die lente sneeuwde het ook opmerkelijk vaak.,
De lente begon met vrij veel wind in maart en april. In mei was het door de invloed van hogedrukgebieden vaak wat rustiger, al waaide het in de kustgebieden wel stevig door uit het noorden tot noordoosten. Strandweer was meestal nog niet aan de orde. De gemiddelde windsnelheid in ons land was deze lente 16,6 km/u tegen 16,9 km/u normaal.
Vaak sneeuw, iets minder vorst
Over de gehele lente vroor het 11 keer, waar 12 keer vorst normaal is. Van deze vorstdagen kwamen er 6 in maart voor (2 minder dan normaal) en 5 in april (1 meer dan normaal). In De Bilt dook de temperatuur één keer onder de -5 graden en dat is normaal. Op 11 dagen viel ergens in het land sneeuw (9 in maart en 2 in april) tegen 9 dagen normaal. Vorig jaar viel op 7 dagen sneeuw, twee jaar geleden op 14 dagen. In het klimaat van 30 jaar geleden de norm nog 18 sneeuwdagen in de lente.