Jaaroverzicht 2021: minst warme jaar sinds 2013, veel uitschieters maar weinig records
Nu 2021 op zijn eind loopt, is het tijd voor een jaaroverzicht van het weer. Soms gebeurde er veel en waren er grote uitschieters zoals de kou in februari, de sneeuwrijke lente en de warmste juni sinds het begin van de metingen. Er waren echter ook meerdere lange periodes waarin het weer zich vrij rustig hield, waardoor er over het gehele jaar gezien relatief weinig records werden gebroken. Het meest opvallende feit is misschien wel dat 2021 het 'koudste' jaar sinds 2013 is. Of beter gezegd, het minst warme jaar.Waar 2020 met een gemiddelde temperatuur van 11,7 graden nog op een gedeelde eerste plek stond voor wat betreft warmste jaar sinds het begin van de metingen, daar verloopt 2021 met gemiddeld 10,5 graden niet warmer of kouder dan het langjarig gemiddelde, dat ook 10,5 graden bedraagt. Het jaar verliep iets zonniger dan gemiddeld met 1799 zonuren tegen 1774 uren normaal.
Qua wind verliep dit jaar bijzonder rustig met een gemiddelde windsnelheid van 15,5 km/uur tegen 16,9 km/uur normaal. Sinds het begin van de windmetingen was het alleen in 2003 en 2010 ook zo rustig! Het jaar was iets aan de natte kant met 882 mm tegen 852 mm normaal. Opvallend genoeg viel de neerslag op 61 dagen ergens in ons land in de vorm van (smeltende) sneeuw. Normaal is dit op 46 dagen het geval.
Van totaalwinter naar lente in februari
Hoewel januari niet zacht verliep, kwam het ook niet tot grootschalig winterweer. De maand verliep vooral kletsnat en af en toe was het licht winters met wat sneeuw, een code oranje voor ijzel en nachtvorst. De eerste grootschalige winterinval vond echter plaats in februari. Op spectaculaire wijze bezorgde sneeuwstorm Darcy vanaf zaterdagavond 6 februari bijna het hele land sneeuw en daarna zat het hele land diep diep in de vorst. Daarbij werd er een code rood uitgegeven voor de winterse omstandigheden. Later in de week, gedurende de eerste regionale koudegolf sinds 2013, kon in vrijwel het hele land geschaatst worden. In deze week werd ook meteen de laagste temperatuur van het jaar gemeten: in Hupsel werd het op dinsdag 9 februari -16,2 graden, oftewel zeer strenge vorst. Ook de laagste maximumtemperaturen van het jaar vonden deze week plaats met -5,5 graden in Hupsel en -4,8 graden in De Bilt.
De vorst werd op maandag 15 februari verdreven en opnieuw kwam het tot een code rood, ditmaal voor ijzel. Op 20 februari al steeg de temperatuur vervolgens tot boven de 15 graden, waarmee sprake was van de eerste zachte lentedag van het jaar. Er volgde in de dagen daarna maar liefst 4 officiële dagrecords op rij en op 24 februari werd het op het hoofdstation nooit eerder zo vroeg in het voorjaar zo warm met 18,7 graden. Het Limburgse Arcen noteerde net geen lokale warme dag met 19,8 graden. Een ongekend contrast: iets meer dan een week eerder werd er nog massaal geschaatst. Door deze recordzachte dagen en ondanks de regionale koudegolf, eindigde de februarimaand warmer dan normaal. Ook de winter als geheel eindigde zachter dan normaal.
Winterse verrassingen in koude lente
Na het lenteachtige einde van de winter, bleek dat de winter nog lang niet al zijn kruit verschoten had. De lente begon rustig en met regelmatig matige vorst in de nachten. Na de rustige start volgden een paar windrijke dagen en op 11 maart kwam het tot de eerste storm van het jaar. Tegen het eind van de eerste lentemaand had het temperatuurverloop wat weg van een jojo. Winterse buien en lage temperaturen maakten plaats voor de eerste officiële warme dag en zelfs de hoogste maarttemperatuur sinds het begin van de metingen!
In april kwam het tot 10 sneeuwdagen in ons land en op nog veel meer dagen kwam het tot vorst.
De heftigste lentekou volgde in april. De maand begon nog warm, maar vanaf de paasdagen daalde de temperatuur en sneeuwde het regelmatig. Lokaal kwam het zelfs tot witte paasdagen! Tevens was het voor het eerst sinds 1999 dat er in De Bilt in april een sneeuwdek werd gemeten en ook kwam het in april in de Limburgse heuvels zelfs tot meer dan 15 centimeter sneeuw. Het kwam tot 10 sneeuwdagen en op nog veel meer dagen kwam het tot vorst.
Hoewel april wat minder koud en zonniger eindigde, was het met de winterse verrassingen nog niet gedaan. Zo kwam het in mei nog tot 3 sneeuwdagen en zelfs opnieuw tot een sneeuwdek. Ook kwam het in de nachten nog een aantal keer tot vorst. De situatie werd nog meer bizar door het gegeven dat op 9 mei, twee dagen na het lokale sneeuwdek, de hoogste temperatuur van de lente werd gemeten met 27,7 graden in Arcen.
Storm en windhozen
Daarna daalde de temperatuur weer iets en werd het weerbeeld onstuimig. Op 21 mei kwam het tot een zeldzame meistorm en regelmatig kwamen regen- en onweersbuien voor waarbij meermaals wind- en waterhozen werden waargenomen. Op 25 mei was er in Nijverdal sprake van een zwaardere windhoos die bij meer dan 20 huizen windschade veroorzaakte. Pas tijdens de laatste dagen van de meteorologische lente maakte het ietwat koele en onstuimige weer plaats voor beter weer: de laatste dagen van mei liet de zon zich uitbundig zien en ging de temperatuur weer in de lift.
Extreem warme juni en zeer zware buien
Na de koude lente gooide het weer het over een compleet andere boeg: de meteorologische zomer begon in de eerste helft van juni zeer zonnig en ronduit heet met lokale plensbuien. De hitte bereikte op 17 juni het hoogtepunt, toen De Bilt zijn eerste en enige tropische dag van het jaar mat met een temperatuur van 30,7 graden. In Hupsel werd het die dag 34,0 graden, wat de hoogste temperatuur is die dit jaar in Nederland is gemeten. Tijdens deze warme periode kwam het regionaal tot een hittegolf. Hoewel het de dagen na de regionale hittegolf tijdelijk koeler werd, eindigde de maand weer warm. Met 18,2 graden was juni in zijn geheel de warmste junimaand sinds 1901.
In delen van Noord-Holland viel over de hele junimaand meer dan 3 keer zoveel neerslag als dat er gemiddeld in een maand aan neerslag valt
De hitte werd afgestraft door een episode met zeer zware onweersbuien. De meest in het oog springende onweersbui was de supercel die in Leersum op 18 juni een verwoestende valwind teweeg bracht. Leersum werd landelijk nieuws door de zware schade die was aangericht. Ook gedurende de rest van de maand kwam het regelmatig tot zware buien, in totaal viel op 8 dagen ergens in het land meer dan 50 mm. In delen van Noord-Holland viel over de hele junimaand ruim 200 mm, meer dan 3 keer zoveel als dat er gemiddeld in een maand aan neerslag valt.
Hete juni krijgt geen vervolg qua temperatuur, wel qua zware buien: watersnood in Limburg
De recordwarme juni kreeg geen vervolg qua temperatuur, want zowel juli als augustus verliepen kouder dan normaal. In totaal bleef het in De Bilt dus bij één tropische dag, het laagste aantal tropische dagen sinds 2009. In het zuidoosten van het land kwam het over het hele jaar tot 3 tropische dagen, die allemaal in juni al plaatsvonden. Juni kreeg wel een vervolg voor wat betreft neerslag, want ook in de andere zomermaanden kwam het op veel dagen tot zeer zware neerslag (>50 mm).
De meest besproken wateroverlast dit jaar was natuurlijk de watersnoodramp in Zuid-Limburg. In het bron- en stroomgebied van de Maas in zowel Duitsland, België als Nederland viel in korte tijd tussen de 100 en 200 mm aan neerslag. Hiermee was het midden van juli de natste sinds het begin van de metingen en stroomde er een ongekende hoogwaterpiek door de rivier. Op vrijdagochtend 16 juli bereikte de rivier een stand van ruim 3300 kubieke meter per seconde, een recordhoogte. Meerdere gebieden langs de Maas liepen onder water en ook riviertjes als de Geul en Gulp overstroomden. Rondom de Maas moesten meerdere gebieden geëvacueerd worden.
De zomer tekende een recordaantal dagen met zware neerslag aan.
Hoewel augustus gemiddeld genomen iets droger dan normaal verliep, kwamen er nog steeds zware buien voor. Vooral in het midden en noorden van Nederland verliep deze maand lokaal nat. Een uitschieter later in de zomer was 22 augustus, toen overdag in het zuidwesten van Friesland plaatselijk meer dan 120 millimeter regen viel. Het officiële meetpunt Stavoren kreeg 92 millimeter in de meter. Uiteindelijk tekende de zomer een recordaantal dagen met zware neerslag aan.
Opvallend rustige herfst, eerste sneeuw in november
De uitersten van het weerjaar 2021 waren vooral voor de eerste 8 maanden, want de meteorologische herfst verliep opvallend rustig en erg zacht. Alle herfstmaanden verliepen zachter dan normaal en september was zelfs de op 6 na zachtste sinds het begin van de metingen. De septembermaand was daarnaast opvallend droog en zonnig.
In oktober viel er een stuk meer neerslag: met landelijk gemiddeld 107 mm tegen 84 mm normaal was het de natste maand van het jaar. Tijdens een wat frissere episode halverwege de maand kwam het tot de eerste lokale vorst van het winterhalfjaar. Op 21 oktober was het erg onstuimig en kwam het tot de enige storm van de herfst. Ook kwamen er in de voorafgaande nacht bij felle onweersbuien vermoedelijk windhozen voor die voor flinke schade zorgden.
In november was de rust lang en breed wedergekeerd. Tot stormachtig weer kwam het niet meer en het was de wind-armste novembermaand sinds 1958. Vooral rond het midden van deze maand was het erg zacht met op zowel 13 als 19 november temperaturen boven de 14 graden. In de laatste dagen van de meteorologische herfst deelde de winter de eerste speldenprikjes uit. Het kwam tot de eerste officiële vorstdag en in het binnenland vroor het tot meer dan 3 graden. Van 26 tot en met 29 november viel op meerdere plekken wat sneeuw en lokaal werd het ook voor het eerst deze herfst weer wit.
Gemiste winterkansen in december, wel een koude kerst
Voor zowel het begin van december als tijdens de kerstdagen opteerden sommige weermodellen voor een heuse vorstperiode, maar zo ver kwam het niet. De meteorologische winter begon ietwat onstuimig, met meteen de eerste officiële winterstorm. Daarna was het vaak fris maar grijs decemberweer met af en toe nachtvorst en soms ook (natte) sneeuw.
Halverwege de maand maakte matige vorst in de nachten plaats voor een veel zachter, maar aanhoudend grijs weertype met vaak mist. Voor de kerstdagen kwamen we weer aan de koude kant van een luchtmassagrens te liggen en vroor het in de nachten soms weer matig. Ook kwam het tot de eerste ijsdag en op de Waddenzee vormde zich zelfs ijs (zie de tweet hieronder). De kerst was de koudste in jaren, maar op tweede kerstdag werd de kou verdreven met in het noorden lokaal ijzel.
De laatste dagen van het jaar volgden weer enorm zachte dagen en werden er zelfs temperatuurrecords verbroken, waarmee er in dit jaar met vrij weinig temperatuurrecords op de valreep toch nog wat records bijkwamen.
Meer warme dagen dan normaal, minder zomers en tropisch en meer ijsdagen
Uiteindelijk eindigde het jaar met 98 officiële warme dagen, oftewel dagen met een maximumtemperatuur van 20 graden of meer in De Bilt (5 meer dan gemiddeld), 20 officiële zomerse dagen, oftewel dagen met een maximumtemperatuur van 25 graden of meer (zo'n 8 minder dan gemiddeld) en 1 officiële tropische dag, oftewel een dag waarop de temperatuur stijgt naar een waarde van 30 graden of meer (4 minder dan gemiddeld). Het was dus vaak warm, zonder dat het meteen te heet werd. Dit resulteert in De Bilt in 48 zogenaamde mooi-weerdagen tegen 53 normaal. Dit zijn dagen waarbij het droog is, de zon meer dan de helft van de tijd schijnt en het warmer dan normaal is.
Daarnaast kwam het tot 50 officiële vorstdagen (3 minder dan normaal), 7 officiële ijsdagen (1 meer dan gemiddeld), 12 dagen met officiële matige vorst, oftewel dagen met een temperatuur onder de -5 graden (2 meer dan gemiddeld) en 2 dagen met officiële strenge vorst, oftewel dagen met een temperatuur lager dan -10 (1 meer dan normaal).
Wij van Weer.nl wensen al onze lezers een fijne jaarwisseling en de beste wensen en gezondheid voor 2022. We hopen dat ons weer een interessant weerjaar te wachten staat en we houden u op onze website ook in 2022 weer op de hoogte van het laatste weernieuws!